Het jobparcours van Michaël R. Roskam
Michaël R. Roskam, de regisseur van Rundskop, The Drop en Le Fidèle, noemt zichzelf een laatbloeier. Dat is typerend voor de zelfverzekerde bescheidenheid waarmee deze Truienaar door het leven gaat. En dan te denken dat hij eigenlijk grote dromen op papier had, in plaats van op het grote scherm.
"Als je niet vlijtig bent, is je talent waardeloos."
GUIDO: Welke film heeft jou in je jeugd getriggerd om zelf regisseur te worden?
Michaël: Eigenlijk geen enkele, want als kind, als tiener en zelfs al als adolescent was ik er me nog niet van bewust dat er een cineast in mij schuilde. Ik ben opgegroeid met het idee om striptekenaar te worden. Ik wou in de voetsporen treden van Vandersteen en Hergé. Later kwam daar ook Franquin bij, en nog wat later Hugo Pratt en Robert Crumb. Uiteindelijk kwam ik in Brussel op
Sint-Lukas terecht, waar ik de volgende stap heb gezet in de visuele kunst, namelijk schilderen. Ik heb me dan een tijdje losgekoppeld van het lineair narratieve, om er later, via een lange omweg, naar terug te keren. Ik kon mezelf niet helemaal vinden in de graphic novel, of in de fotografie, of in de video. Pas toen ik alles in elkaar zag klikken in iets wat mensen 'cinema' noemden, ontdekte ik bij mezelf dat ik een filmmaker was. Als kind heb ik nooit gedacht: wow, zo'n film wil ik ook maken. Nee, toen wou ik strips maken. Maar dit parcours heeft er wel voor gezorgd dat ik film op een ongedwongen manier heb kunnen ontdekken en me er juist daarom vandaag zo comfortabel in voel.
GUIDO: Ben jij een laatbloeier?
Michaël: Ik was al 29 toen ik mijn eerste kortfilm maakte. De meeste regisseurs zijn op die leeftijd al bezig met hun eerste langspeelfilm. 't Was een beetje een zoektocht, en ik ben altijd al een laatbloeier geweest, op alle vlakken.
Te beïnvloedbaar
GUIDO: Heb je ooit effectief een strip getekend?
Michaël: Ik ben er dikwijls aan begonnen. Ik heb een paar korte strips gemaakt in mijn tienerjaren en ook nog als student, maar ik kreeg die dingen niet af. Dat was wellicht een teken aan de wand. Ik was constant op zoek naar een eigen tekenstijl, ik wist niet wat ik wou. Ik was te beïnvloedbaar. Toen ik Crumb ontdekte, begon ik in die stijl te tekenen. Het jaar daarna ontdekte ik Dave McKean en begon ik in zijn stijl te tekenen. Mijn beeldtaal was wispelturig en stuurloos.
GUIDO: Heb je datzelfde probleem dan niet bij films? Dat je wordt beïnvloed door wat je te zien krijgt?
Michaël: Nee. Bij film weet ik heel goed wat ik wil. Ik kan het moeilijk uitleggen, maar ik zie dat. Het klopt gewoon. Maar dan moeten mensen er wel nog in willen meegaan natuurlijk.
(lacht)
GUIDO: Je hebt het jezelf wel moeilijk gemaakt, want strips zijn een veel goedkoper medium. Een pagina tekenen vol spectaculaire stunts kost niet meer geld dan een pagina met sprekende hoofden. In film is dat andere koek.
Michaël: Klopt, maar ik heb ondertussen wel een zodanige positie bereikt dat ik de budgetten loskrijg om een ode aan de cinema te kunnen maken. Als je zoveel geld betaalt om voor een groot scherm te gaan zitten, dan verwacht je een kick. En die hoop ik de toeschouwer te bieden.
GUIDO: Heb je nooit spijt gehad dat je geen filmschool hebt gedaan?
Michaël: Nee.
GUIDO: Hoewel je er wel zelf hebt lesgegeven.
Michaël: Ja, en daar vroegen ze mij vaak wat ze moesten doen om filmmaker te worden. Mijn antwoord was dan: volg een artistieke opleiding, het maakt niet zoveel uit welke. Zo'n opleiding komt vooral neer op een maturiteitsproces waarin je leert focussen en omgaan met toewijding. Dat is in de eerste fase belangrijker dan puur het vak leren. Filmschool volgen is niet per se nodig, maar je moet uiteraard wel een gezonde interesse hebben voor filmmaken. En het omgekeerde is ook mogelijk. Ik kan me best voorstellen dat iemand die filmschool heeft gevolgd, uiteindelijk eindigt als schilder. Als je een bepaald medium onder de knie wil krijgen, moet je daar veel tijd voor uittrekken. Letterlijk oefenen.
Kinderlijke volwassenen
GUIDO: Is het de taak van een kunstdocent om talent te spotten en los te weken?
Michaël: Zoals Walter Benjamin het zei: talent is één ding, maar het genie is de vlijt. Talent is allemaal goed en wel, maar als je geen toewijding hebt, dan lukt het niet. Als je niet met discipline werkt, als je niet oefent, dan raak je met al je talent nergens.
GUIDO: Maar een vlijtige student zonder talent is toch ook maar zijn tijd aan het verspillen?
Michaël: Niet akkoord. Ik heb al meer mensen zonder talent, maar met veel vlijt, zien slagen in hun opzet dan mensen met veel talent zonder vlijt. Als je uitblinkt in alletwee, dan heb je het genie. Daar ben ik echt van overtuigd, want ik heb het gezien. Ik heb luie talenten gezien die dachten dat het vanzelf zou komen. Die raakten dan enorm gedemotiveerd, gedesoriënteerd en gedesillusioneerd. En ze konden daar niet meer van recupereren, wat ik tragisch vind, want het waren vaak grote talenten. Ik heb er zo genoeg gezien, niet alleen studenten, maar ook mensen om me heen. En anderzijds heb ik mensen met weinig talent gezien die tegen alle weerstand in voor zichzelf wisten te bewijzen dat ze op zijn minst toch gewoon goed zijn. Door hard te werken. Er is maar één manier om films te leren maken, en dat is films maken.
GUIDO: Adèle Exarchopoulos, de hoofdactrice in Le Fidèle, noemt jou een man met de blik van een kind.
Michaël: Dat vind ik een heel groot compliment. De
homo ludens is de mens zoals ik hem het liefst zie. Spelen, maar met ernst. Er is niets zo ernstig en zo voldoening scheppend als het spel. Ik denk natuurlijk als een man van mijn leeftijd, maar in mijn impulsen en mijn blik wil ik de verwondering van het kind bewaren. Onlangs kwam ik tot het besef dat een volwassene eigenlijk het resultaat is van beslissingen die zijn genomen door een kind. Het is niet dat een kind zomaar opgroeit en pas zijn
persona mag vormen als het volwassen is. Nee, dan is het al gebeurd. En daarom is het de plicht van volwassenen om kinderen de kans te geven om op de juiste manier die beslissingen te nemen, want juist die beslissingen zullen later de volwassen vorm van dat kind bepalen. Eenmaal je dat beseft, ben je klaar om meer belang te gaan hechten aan opvoeding, onderwijs en bescherming, want zo groeien kinderen op tot normale, vredelievende volwassenen. De zogenaamde monsters van vandaag - de terroristen, de misdadigers, de misbruikers - dat zijn allemaal mensen die als kind zijn misvormd. Uit een misvormde kinderziel groeit een misvormde volwassene.
(haalt diep adem) Wow, we zijn wel even diep gegaan.
GUIDO: Waarvoor dank!
foto: Le Fidèle
(HDP)