Lummelen in Brussel
Het gras lijkt altijd groener aan de overkant. En dus besloot ik laatst om eens een donderdagavond in Brussel door te brengen bij een zeer goede vriendin. Na een rondleiding door de hoofdstad, een kersenwijntje en een bord vol heerlijke Phad Thaï, maakten we kennis met een Braziliaan die schijnbaar geen Portugees sprak, de man met de grootste voeten ooit (maat 52), TV Brussel en een groepje Schotse rokken. Een memorabele avond was in de maak, ware het niet dat ik de volgende ochtend om een klein boekje van nog geen 150 bladzijden moest gaan in de Koninklijke Bibliotheek van België. Ogenschijnlijk een onbenullig klusje dat ik op een halfuurtje wel geklaard zou hebben, dacht ik. Helaas, aldaar aangekomen werd ik in twee talen van hot naar her gestuurd, want ik kon niet binnen voor ik een bibliotheekkaart had, en ook niet voor ik mijn tas in een locker had weggezet, en ook niet voor ik mijn jas in diezelfde locker had weggehangen, en ik kon het boek niet krijgen alvorens een halfuur te wachten dat uiteindelijk een uur werd, en ik kon het niet meenemen want het werd niet uitgeleend dus moest ik het kopiëren, en ik kon het niet kopiëren voor ik een kopieerkaart had enzovoort. Na drie uur tijd te verslijten in de bib kwam ik uiteindelijk naar buiten met een schots en scheef gekopieerde versie van het benodigde boekje en een rothumeur. Nog net op tijd haalde ik de trein richting Gent om net niet te laat in de les te komen. Daar kreeg ik te horen dat ik het boekje niet meer nodig had. Een tikkeltje gefrustreerd besloot ik de volgende donderdag gewoon in Gent te blijven. Het gras is hier ook al bijna groen.