Senne Misplon: "Het is een illusie dat elke jongere LGBT-vriendelijk is"
Hij was één dag De Slimste Mens Ter Wereld, maar moest al gauw de duimen leggen voor actrice Ella Leyers. Geen finaleplaats dus in ’s lands beste bekeken quiz, maar toch is Senne Misplon een winnaar. De 22-jarige woordvoerder van Wel Jong Niet Hetero had het als tiener nooit geloofd, maar het leven lacht hem toe. Nu maakt hij het zijn missie om de Vlaming te educaten én om zijn masterdiploma Gender en Diversiteit aan de UGent te behalen.
GUIDO: Je deelname aan De Slimste Mens telde twee afleveringen. Een geluk bij een ongeluk, lijkt me, want je agenda staat bomvol.
Senne: (lacht) Ik combineer inderdaad veel. Mijn omgeving heeft me al verschillende keren zot verklaard. Voorlopig lukt het nog allemaal, maar ik merk wel dat ik al een paar maanden oververmoeid ben. Dit tempo kan ik geen jaren meer volhouden. Het is een blijvend zoeken naar evenwicht.
GUIDO: Wanneer las je eens een adempauze in?
Senne: In december en januari is mijn agenda bewust leeg, omdat ik me wil focussen op mijn opleiding. In de toekomst zou ik mijn onderneming graag uitbouwen om andere trans personen op te leiden, zodat zij in mijn plaats vormingen kunnen geven. Dat zal mij ook meer ademruimte geven.
Geen blokker
GUIDO: Wat is jouw blokroutine?
Senne: Ik heb eigenlijk nog nooit echt geblokt. In mijn bacheloropleiding maakte ik telkens een PowerPoint en dan gaf ik mezelf les alsof ik het aan iemand anders aan het uitleggen was. Ik ben een auditieve student: ik moet iets horen om het te onthouden. Ik denk dat ik dus veel ga praten over de leerstof. Gelukkig zit er een goede vriendin in mijn richting.
GUIDO: Je studeert nu Gender en Diversiteit. Is dat omdat je je als trans man veel vragen hebt gesteld bij je eigen gender?
Senne: Nee, maar ik begrijp waarom je die vraag stelt. Iemand die psychologie gaat studeren kan dat doen om zichzelf beter te doorgronden. In mijn opleiding komt het psychologische aspect zelden aan bod. Het gaat eerder over onderzoek en over zaken zoals de juridische en sociale plek van gender in de maatschappij.
GUIDO: Interessant, maar het heeft niet echt iets te maken met je vorige opleiding tot leerkracht lager onderwijs.
Senne: (knikt) Ik sta graag voor een klas, maar niet elke dag voor dezelfde klas. Ik heb die opleiding heel graag gedaan, maar ik wou een iets uitdagendere richting uitgaan. Gender en diversiteit interesseren mij enorm, dus ik dacht: waarom niet? Met een masterdiploma zullen er, denk ik, ook meer deuren opengaan naar andere jobs. Het is fijn om in deze opleiding verder te bouwen op de kennis die ik al bezit. Ik merk nu al dat ik mijn lezingen veel meer kan onderbouwen met onderzoek.
'Die' & 'hun'
GUIDO: Je komt door je lezingen in contact met heel veel mensen, en ook online ben je erg toegankelijk. Stuit je vaak op onbegrip?
Senne: Ik heb gelukkig vooral positieve ervaringen, maar algemeen is er wel nog veel transfobie in Vlaanderen. Ik heb het privilege dat men mij in het binaire hokje van man kan duwen, maar als je buiten die lijntjes kleurt, dan flippen mensen. Joppe, een goede vriend van mij, is non-binair. Na
hun passage in
De Zevende Dag is Twitter echt ontploft.
GUIDO: Het kijkpubliek van De Zevende Dag is vaak iets ouder dan de gemiddelde student. Hoe gaan je leeftijdgenoten ermee om?
Senne: Het is een illusie om te denken dat elke Vlaamse jongere LGBT-vriendelijk is. We zijn er nog lang niet op dat vlak. Er is een enorme verrechtsing aan de gang binnen onze samenleving, ook bij de jeugd. Ik vind het belangrijk dat we in dialoog kunnen blijven gaan. Zo heb ik in
De Slimste Mens ook even de voornaamwoorden
die en
hun kunnen opwerpen. Hoe vaak gebeurt dat voor een miljoen kijkers? Misschien ben ik naïef, maar ik denk wel dat we de Vlaming daarin kunnen bijscholen.
Watch your language
Hoe vaak denk jij na over je taalgebruik? Soms kwets je iemand met je woorden, zelfs als je dat niet zo had bedoeld. Woorden zijn veelzeggend en het is belangrijk om ze goed te gebruiken. Senne legt het ons uit. "Ik word soms omschreven als ‘een transgender’, maar dat bestaat niet. Je moet het woord transgender zien als een bijvoeglijk naamwoord, niet als een zelfstandig. In het woordenboek staat het wel als substantief, maar vanuit de gemeenschap gaan we daar heel hard tegenin. Door het als adjectief te gebruiken, benadruk je dat we meer zijn dan alleen onze trans identiteit. Om dezelfde redenen schrijf je trans man/vrouw/persoon ook niet aaneen, maar in twee woorden. Taal is daarbij echt belangrijk."