Uit het GUIDO-archief: de studententijd van Gilles Coulier
Gilles Coulier is regisseur en producer, maar je moet weten dat het geen haar had gescheeld of hij was een economische richting uitgegaan.
GUIDO: Wou jij altijd al regisseur worden?
Gilles: Eigenlijk wou ik acteur worden. Ik ben altijd een heel energetische persoon geweest die de klas op stelten zette. Mijn moeder zei toen ik een jaar of zeventien was dat ik niet voor acteur moest gaan studeren, want dat ik dat al was. (lacht) Bon, dan ging ik maar regisseur worden, maar mijn ouders vonden dat ik eerst iets deftigs moest gaan studeren. Ik ben dan Handelswetenschappen begonnen in Gent. Een geweldig plezant jaar, waarin ik veel heb bijgeleerd, maar helaas niet uit mijn boeken. (lacht) Ik was geslaagd voor één van de vijftien vakken, dus al snel werd duidelijk dat Handelswetenschappen toch niet voor mij was weggelegd. Toen ben ik naar Sint-Lukas in Brussel getrokken, en daar is de bal aan het rollen gegaan. Maar het is niet zo dat film er al van jongsaf in zat. Ik ben vrij laat begonnen met naar films kijken. Citizen Kane was voor mij de eerste openbaring, en toen moet ik toch al een jaar of vijftien, zestien geweest zijn. Maar de echte klik is gebeurd toen ik in Gent zat als student. Toen zag ik Ex Drummer in de bioscoop, en ik dacht: amai, is dit een Vlaamse film? Wow! Het kan dus ook anders!
Wie maakt een film?
GUIDO: Hoe koos je tussen de verschillende filmscholen?
Gilles: Heel simpel: ik heb toelatingsexamen gedaan voor het RITS, maar ik was er niet door. (lachje) Tja, toen ben ik naar Sint-Lukas gegaan.
GUIDO: Oké, dan stel ik mijn vraag anders: waarom koos je voor het RITS?
Gilles: Omdat ik me daar allemaal niet goed over had gedocumenteerd. Ik was toen een heel luie mens, zelfs tot in mijn tweede of derde jaar op Sint-Lukas. Toen pas heb ik een klik gekregen en besefte ik dat het niet goed zou komen als ik niet zou veranderen. En kijk, momenteel ben ik een harde werker die overal voorsprong neemt, vraag het maar aan mijn collega’s. Maar toen dus niet. Ik dacht gewoon: filmschool, RITS, we proberen dat eens. Achteraf ben ik wel blij dat ik op Sint-Lukas ben terechtgekomen. Ik zou een heel andere regisseur zijn geworden als ik RITS had gedaan. Ik zou mezelf veel minder in vraag gesteld hebben.
GUIDO: Leg het verschil eens uit?
Gilles: Ik kan alleen maar vertellen hoe het toen was hé, ondertussen zijn de opleidingen sterk geëvolueerd. Kijk, Sint-Lukas is een kunstschool. Op een kunstschool leer je geen métier, maar je leert wel kijken en begrijpen waarom je iets goed vindt, of slecht vindt, en daaruit trek je dan je conclusies. Op een filmschool als het RITS leer je eerst je métier. Wat is een camera, een lens, een focaal, hoe moet je daarmee werken? Ondertussen ken ik die begrippen ook allemaal, maar ik heb dat geleerd door op de set te staan, niet op Sint-Lukas. Daar leerden we een goed verhaal vertellen. Het RITS was – toen althans – veel technischer. Als ik die opleiding had gevolgd, zou ik me te hard hebben vastgeklampt aan het technische aspect, terwijl uiteindelijk met het verhaal het publiek moet raken. Mensen kijken naar je verhaal, en nemen het feit dat het technisch mooi is ingeblikt als een evidentie.
GUIDO: Hoeveel procent van de studenten die afstuderen aan een filmopleiding slagen er uiteindelijk in een eigen langspeelfilm te maken?
Gilles: We zijn begonnen met honderdveertig, waarvan er tegen het laatste jaar nog vijftien of twintig overbleven. Wie van die afgestudeerden hebben al langspeelfilms gemaakt? Adil en Bilall zaten in mijn jaar, en ook Robin Pront. Maar van de anderen zijn er ook velen in het vak terechtgekomen. Mijn eerste assistent Tim Lammers zat bijvoorbeeld in mijn klas. Er zijn er die DOP zijn geworden, gaffers, cameralui…
GUIDO: Zitten die dan ook niet stilletjes te hopen op een eigen film?
Gilles: Niet noodzakelijk. Die mensen zijn onwaarschijnlijk serieus bezig met hun vak en putten daar professionele voldoening uit. Dat merkten we al tijdens de opleiding, want je werkt daar met elkaar samen. Toen werd al duidelijk: deze gast is zo geobsedeerd door licht, die wordt later vast gaffer. Dat werd niet gestuurd, maar is heel gevoelsmatig gegroeid, en dat is wel plezant.
Uren pendelen
GUIDO: Hoe ziet een dag op de filmschool eruit?
Gilles: In de eerste jaren was dat vrij theoretisch. We hadden kunstgeschiedenis, kunstfilosofie, scenariolessen… En een soort collagevak, waarbij we met beelden uit tijdschriften shit in elkaar moesten knutselen, iets waar ik niet goed in was. Maar eenmaal je naar het laatste jaar gaat, kom je bijna niet meer op school. Dan zit je thuis je scenario te schrijven. Of we deden oefeningen, waarbij iedereen telkens een andere functie moest uitoefenen. Dat was wel tof. Zo leer je begrijpen hoe iedereen in het filmvak zich voelt, wat je later als regisseur kan gebruiken.
GUIDO: Was het studentenleven anders in Brussel dan in Gent?
Gilles: Sowieso. Ik heb in Gent een jaar op kot gezeten. Plezant hoor, maar het is mijn doodsteek geweest, want ik was daar niet klaar voor. Heel veel gefeest, maar de studies waren een ramp. Mijn vader heeft toen de situatie correct ingeschat. Ik mocht naar Sint-Lukas in Brussel, maar niet op kot. Pendelen. Elke dag twintig minuten met de bus van Varsenare naar Brugge, en uur en tien minuten op de trein naar Brussel, en dan nog tien minuten stappen.
GUIDO: Gedaan met het schoon leven.
Gilles: Ja, maar ik was wel aan het doen wat ik wou. Toen ik geslaagd was, mocht ik wel op kot in Brussel. Maar toen studeerde ik al lang niet meer om mijn ouders tevreden te stellen. Toen studeerde ik voor mezelf, en zo hoort het.
GUIDO: Was jouw studententijd de beste tijd van je leven?
Gilles: Nee. Ik doe veel liever wat ik nu doe dan ervoor te studeren. De drang om jezelf te bewijzen ligt wel hoger in het echte leven dan in het studentenleven. De stakes liggen veel hoger. Als ik straks een slechte film maak en ik word niet meer gevraagd, dan zou ik echt niet weten wat ik moet gaan doen, want ik kan niets anders. Die stress heb je als student niet. Dan leef je veel meer onbezonnen, en dat komt nooit meer terug. Als student heb je eigenlijk maar twee problemen: vrouwen, en je studies. Als dat de enige problemen zijn in je leven, dan valt het wel mee zeker?
GUIDO: Dat van die vrouwen raakt toch nooit opgelost...
Gilles: (lacht smakelijk) Voilà!
Tekst: Herbert De Paepe
Foto: Ellen De Meulemeester