Wassup Rockers
Larry Clark, die met films als
Kids, Bully en
Ken Park op schokkende wijs binnengluurde in het losbandige leven van Amerikaanse tieners, volgt in zijn nieuwe worp
Wassup Rockers een clubje Latino-skaters in Los Angeles.
Waar we hadden gehoopt na afloop van de film uitgeteld in de touwen te hangen, konden we een geeuw en een vermoeid schouderophalen niet onderdrukken. In
Wassup Rockers is Larry Clark vooral als fotograaf aan het werk, terwijl Clark de filmmaker in zijn nest is blijven liggen. Het script is vele malen minder sterk dan dat van zijn vorige films, als er al ooit een script is geweest tenminste. Dat Clark deze keer niet heeft samengewerkt met het gruwelijk getalenteerde
enfant terrible Harmony Korine is eraan te zien:
Wassup Rockers is een mager beestje. Let wel, het is vaak bedwelmend cool om te zien hoe een clubje van een tiental piepjonge Latino's met lange haren, prepuberale snorretjes en Ramones-vestjes zich al skatend staande proberen te houden in de door de hiphop-almacht getiranniseerde jongerencultuur van L.A., maar meer dan mooie prentjes en nu en dan eens een geslaagde
kickflip levert het niet op. Clark heeft naar goede gewoonte zijn jonge acteurs gewoon van straat geplukt, maar deze keer heeft dat geen nieuwe Chloe Sevigny of Leo Fitzpatrick opgeleverd. Integendeel: de 'acteerprestaties' van Clarks nieuwe zootje ongeregeld zijn vlak en
totally forgettable. Verder wordt ook duidelijk dat Clark te ver van zijn onderwerp staat. Niet noodzakelijk leeftijdgewijs, want het blijft verbazend hoe de inmiddels 63-jarige regisseur zich telkens weer weet in te werken in de jongerencultuur, maar het is wel frappant dat hij als
white trash-goeroe niet onder het stoere laagje vernis van zijn Latino-rockers weet te pulken, omdat hij hun denkwereld volgens ons niet echt vat. Er zit in dat opzicht een veelzeggende scène in
Wassup Rockers: een auto vol veertienjarige Latino-tieners wordt gestopt door een blanke politieagent. De flik ziet dat de jongen aan het stuur een Ramones T-shirt draagt, en begint te vertellen hoe hij zelf die groep nog heeft zien spelen in 1985. Daar is volgens ons Clark aan het woord. Hij is aangenaam verwonderd dat in het Los Angeles van 2006 sympathieke snotneuzen van Guatemalteekse en Salvadoraanse afkomst rondlopen die net als hij van punkrock en skateboards houden. Ontroerend hoor, maar een goeie film levert het niet op, hooguit een reeks leuke plaatjes binnen een geforceerd en vaak bijna lachwekkend verhaaltje dat Clark niet eens behoorlijk weet af te ronden. En choqueert hij ons zoals gewoonlijk met een handvol expliciete seksscènes en gratuite close-ups tussen de benen van zijn fetisjactrices? Helemaal niet, er zit zelfs niet eens een doorsnee portie bloot in. Van Larry Clark verwacht je niets minder dan een
uppercut.
Wassup Rockers is hooguit een warrige streling door je haar.
(JC)