Shortbus
In de bioscoop leert een mens nog eens iets. Het verschil tussen hetero- en homoseksueel, dat kenden we natuurlijk wel. En bij biseksueel en zelfs metro- en retroseksueel konden we ons ook nog wel iets voorstellen. Maar
polyseksueel, daar hadden we nog nooit van gehoord.
Hey, ga naar
Shortbus kijken, een uitbundige, vrolijke en aangenaam decadente ensemblefilm van John Cameron Mitchell, de supernicht die ons eerder
Hedwig and the Angry Inch schonk. In
Shortbus gaat hij op zoek naar wat er overblijft van de ongeremde, progressieve undergroundscene in het Manhattan van 2006. Is er nog plaats voor jonge alternatievelingen in een stad waar een piepklein appartementje 1500 dollar per maand kost? Kan er nog bemind worden in een kamer die uitkijkt op
Ground Zero? Zijn feestjes met vrije, experimentele seks nog mogelijk na zes jaar conservatieve Bush-doctrine?
Shortbus geeft het antwoord in een zeer genietbare collage van scènes die weliswaar niet altijd even geweldig zijn - Mitchell liet ze tot stand komen door middel van improvisatie met zijn niet-professionele acteurs - maar samen toch een overtuigend beeld schetsen van een stad waar nog steeds alles blijkt te kunnen. Zet je dan ook schrap voor zeer expliciete seksscènes, zowel
gay als
straight en - ahum -
poly. Geen enkele van de acteurs heeft last van enig schaamtegevoel, en dat is wel even wennen, maar deze ongeremde prent vraagt erom. En wat doet het deugd om eens niet-clichématige seks te zien op het scherm, zonder
pimps & ho's, maar mét zin voor experiment, zonder ooit het respect voor elkaar te verliezen. Zet je vooroordelen opzij, en je sympathie voor deze personages en de mensen die ze vertolken zal openbloeien. "'t Zijn net de sixties, maar dan met minder hoop," zegt de androgyne travestiet Justin Bond wanneer hij/zij de
sex not war-kamer overschouwt. Dat is de nagel op de kop.
(HDP)