Knallhart
Als kansarme snotneus opgroeien in een ruige achterbuurt van een grootstad, het is geen pretje. Dat dat ook voor Berlijn geldt, kan je gaan verifiëren in
Knallhart, een Duitse film van Detlev Buck
, waarin de zaken voor de 15-jarige Michael van kwaad naar erger buitelen. Zijn mooie jonge moeder wipt van de ene vent op de andere en heeft geen tijd om op haar zoon te letten. Die komt in een probleemschool terecht, waar hij wordt gepest,
gesteamd, gehappyslapt en
gemobd dat het klettert. Hij begint te spijbelen en belandt zo in de handen van een Turkse drugdealersbende, voor wie hij koerier wordt. Dat al die miserie slecht afloopt, daarvoor hoef je niet helderziend te zijn, ook al omdat Buck zijn verhaal in een raamvertelling heeft gekaderd. Op de tonen van (vooral Duitse) punkrock schetst hij een grauw beeld van het moderne Berlijn, een oord vol multiculturele problemen, hard geweld en koele harteloosheid. Helaas zit
Knallhart ook vol clichés en scènes die je van tien kilometer ziet aankomen. Het verhaal van de op het slechte pad rakende tiener is tegenwoordig al zo dikwijls verteld, dat het een voorspelbaar genre op zich is geworden.
Knallhart biedt niet genoeg vernieuwing om zich daarin te laten opmerken.
(HDP)