Beth Orton: Daybreaker
We zullen altijd een zwak hart hebben als het op vrouwenstemmen aankomt. Heerlijk wegdromen of een goei rilling over de rug, weinig stembanden die het ons gunnen. Beth Orton is zo’n klankenstroom met stralend stijgende ster. Als derde soloplaat is Daybreaker de juiste prikkeling om alles wat deze Britse jongedame zingt te beluisteren.
In een ver verleden deelde Beth al zonnestraaltjes uit bij The Chemical Brothers in ‘Alive alone’, was ze een tijdje frontdame van Red Snapper en hield ze haar muziekvriendschap met William Orbit warm, na hem ontmoet te hebben op de zoveelste nacht in de feestrush op de zoveelste dansvloer.
Sindsdien hielp Orbit haar het pad effenen voor een eigen carrière, niet zonder bijzonder resultaat. In 2000 al werd ze Best British Female op de Brit Awards. Tijd dat wij ze ook deftig leren kennen. Daybreaker is mooi, is gevoel, is liefde op Beths manier verteld. Mooi als het heel catchy ‘Concrete sky’, met een duidelijke stempel van Johnny Marr. Marr van The Smiths, die meeschreef, en Beth die bijna een vrouwelijke Morrissey is met tekst als "It’s harder than a heartbreak, it’s tough enough what love will do". Het hart dat bloed schreit en de traantjes net in de hoeken van de ogen, op het tekstpapier. Fijn balancerend tussen zuivere melancholie en mooie smartlap. Hoog en helder, diep en warm, gedurfd en dan weer bescheiden, maar altijd barstensvol echtheid, gevoel tot in je diepste. Zoals wanneer ze ‘Will I see you again’ fluisterzingt en hoe ze liefdesverlies zo pakkend maakt in ‘This one’s gonna bruise’, altijd weer de liefde. Het wegdromen zal blijven, de rillingen ook, Daybreaker ook.
(LAD)