Televisiestyliste Lien Degol
Ze steekt al jaren alle bekende koppen van Vijftv en VT4 in een mooi pakje, maar gaat ook met Markskes en Miekes als jij en ik aan de slag, en dat in workshops en verschillende televisieprogramma’s als Zo moeder zo dochter, Zo man zo vrouw, 10 jaar jonger en Alles Nieuw. Waar haalt ze haar inspiratie, wat is volgens haar de top-shoplocatie en bovenal, slagen we erin haar trukendoos open te breken?
GUIDO: Vanwaar die passie voor kledij?
Lien: Die is er altijd geweest, maar ik was heel goed in talen en mijn ouders wilden dat ik daar verder in ging. Ik zag er ook geen graten in, want het kwam gewoon nooit in ons op om effectief iets rond kledij te gaan doen. Ik wist toen zelfs niet dat er een modeacademie bestond. Kledij was gewoon iets dat erbij kwam. Maar ik zat wel altijd achter mijn stikmachineke. Ik kreeg dan oude kleren van mijn tantes en zo, en die verknipte ik om er dan een outfit à la die van David Bowie, Blondie en Iggy Pop van te maken. En ik kreeg thuis geen poppen ter beschikking die ik een make-over kon geven, dus moesten mijn zussen eraan geloven. Dat was leuk. (lacht)
GUIDO: Vonden zij dat ook zo leuk?
Lien:Soms wel, soms niet, naargelang van het resultaat. Er zijn zo wel een paar accidentjes gebeurd, want ik knipte ook haar en dat lukte de ene keer al iets beter dan de andere. (lacht) Na het middelbaar heb ik een tijdje gewerkt en pas dan besefte ik dat ik echt voltijds iets rond kledij wou doen. Toen heb ik een jaar een opleiding in Engeland gevolgd om costumière te worden en nadien nog een opleiding om televisiestyliste te worden. Want een styling voor een televisieprogramma is compleet iets anders dan een styling voor een magazine. Ik moet als televisiestyliste eerst op gesprek met de regisseur, want die wil altijd een bepaald beeld schetsen en een specifiek doelpubliek bereiken. Het is dus aan mij om met de outfit het perfecte compromis te sluiten tussen wat de cliënt wil, wat ik wil en wat de regisseur wil. Bovendien moet je ook nog eens rekening houden met de kleur en de stof, want de ene stof kan nog zo mooi zijn live, maar echt totaal niet overkomen op beeld. Daarnaast moet je ook verstand hebben van camerastandpunten, zodat de cliënt zeker niet zwaarder voorkomt dan hij of zij is. En ook het decor speelt een rol, want als die persoon na de styling in een veel te diepe zetel moet zakken, gaat dat vestje misschien volledig openstaan, of oogt het rokje veel te kort. Er komt dus heel wat meer bij kijken dan je op het eerste opzicht denkt.
GUIDO: En daarnaast heb je als styliste waarschijnlijk ook wat mensenkennis nodig?
Lien:Je hebt wel een stevige dosis mensenkennis nodig om te doen wat ik doe, ja. Als je de mensen goed doorhebt, kan je ze ook lichtelijk manipuleren. Ze wat meer op hun gemak stellen bijvoorbeeld, of ze lichtjes in een bepaalde richting duwen, figuurlijk dan. Je moet dus heel goed aanvoelen wat wel en wat niet kan.
“Oh man, waar hangen die tieten.”
GUIDO: Je hebt al aan verschillende programma’s meegewerkt. Wat was het tofste?
Lien:Ik werk heel vaak achter de schermen, om televisiepersoonlijkheden te kleden, maar ik ben inderdaad zelf ook al vaak in beeld geweest. Zo heb ik niet alleen voor de kostuums gezorgd van de mannen en vrouwen van Het Peulengaleis, ik heb er zelf ook regelmatig in gefigureerd. Met een grote pruik op mijne kop, en dikke brillen. Dat deed ik echt héél graag. (lacht) En nog niet zolang geleden hadden ze me in de jury van Move like Michael Jackson geplaatst. Dat was superstresserend. Vooral omdat ik al op voorhand wist dat de pers daar een grote brok aan zou hebben: “Wat zit die daar nu eigenlijk te doen?” Nu, je moet ook geen groot schilder zijn om te weten dat Picasso een straffe schilder was, hé? Ik bedoel, ik zie ook wel wanneer iemand kan dansen of niet. Dus ik moest me eigenlijk niet excuseren, maar ik was toch heel erg op mijn hoede. Maar kijk, ik heb dat gedaan en ik heb daar nadien goede kritieken over gehad. ’t Was ook voor mij efkes schrikken toen ik merkte dat ik dat wel kon. Ik vind mezelf trouwens geen goeie presentatrice en ik weet dat ik nooit mijn eigen talkshow zal hebben. Ik kom alleen maar goed in beeld als ik het over mijn werk kan hebben, omdat ik dan weet waarover ik praat. Dat krijg ik goed uitgelegd, dat is mijn ding. Dus wat ik het liefste doe? Dat was zonder twijfel Zo man zo vrouw, een programma waarbij ik met de man op stap ging om kleren te kopen voor de vrouw en omgekeerd.
GUIDO: Ga je op voorhand al eens op bezoek om je voor te bereiden?
Lien:Nee, de productie kiest die mensen en als ik in het programma aan de deur sta van hun huis, dan is het effectief de eerste keer dat ik die mensen zie. Maar ik kan heel vlug aanvoelen wat voor vlees ik in de kuip heb. Wie zijn die mensen, wat zijn hun maten en in welke periode zijn die blijven hangen? En als je dan nog eens in hun kleerkasten gaat duiken, wordt alles duidelijk en valt bij wijze van spreken gans hun leven uit die kast.
GUIDO: Was het zo al eens groten ambras?
Lien:’t Is al voorgevallen dat ik het echt niet kon vinden met iemand, ja, maar dat laat ik niet zien. Daar moet je professioneel in zijn. En die zag er ook goed uit op het laatste hoor, ik heb die geen loer gedraaid.
Karl Lagerfeld
GUIDO: Zijn er vaste regels waarmee je het slaagpercentage van een outfit de lucht in trekt?
Lien:Nee, want iedereen is verschillend. Sowieso moet alles bij elkaar passen en daarnaast doen schoenen ook heel veel aan een outfit. Zo kan je een supersaai jurkje helemaal upfunken met een paar leuke hakjes. En ook met accessoires kan je gaan toveren.
GUIDO: Kunnen we eventueel een tip losweken om onze blubberbuik te verstoppen?
Lien:Nee, dat ook niet. De meeste mensen zouden dat nochtans leuk vinden, een houvast in de vorm van vaste regels, maar ik vind dat je mensen niet kunt opdelen in verschillende vakjes. Ik moet iedereen afzonderlijk voor de spiegel halen om dat lichaam te bestuderen. Lange hals of korte hals? Zware boezem of niet? Brede schouders of net een fijn figuur? En dat hangt dus af van persoon tot persoon. Dat is ook de reden waarom ik geen boek op de markt breng, maar wel regelmatig workshops geef. Zoals de Miele fashion workshops op 5, 6, 8 en 9 november.
GUIDO: Zijn er dan misschien bepaalde fouten die we allemaal maken?
Lien:Wat ik wel veel zie, is dat de zoom niet echt past. Dat rokken en broeken te lang of te kort komen voor die persoon. En mensen kunnen ook blijven vasthaken aan eenzelfde patroon. Zo hebben ze bijvoorbeeld eens een mooi jurkje gekocht in die ene winkel en dan gaan ze steevast naar dezelfde locatie terug op zoek naar een jurkje van datzelfde merk. Beter is binnenlopen in winkels waar je anders niet gaat, en blijven passen en blijven proberen. Daar zijn we allemaal heel lui in. Ik trouwens ook. Maar als styliste is het mijn taak te gaan rammelen aan die vaste patronen, om ze zo toch eens in en ander kleedje te stoppen. En zet er onmiddellijk ook maar bij dat ik dat kleuradvies dat tegenwoordig zo hot is, dikke zever vind. Ik heb nog nooit Karl Lagerfeld horen zeggen: ‘Dit zijn kleren voor lentetypes of zomertypes’. Zo werkt dat niet. Als ik in de zomer mooi gebruind in Italië rondloop, dan ga ik voor andere kleren en kleuren kiezen dan hier in België. Mensen zijn gewoon echt niet in vakjes in te delen.
GUIDO: Wat zou bij elke man of vrouw in de kast moeten liggen?
Lien:Een onderbroek? (lacht) Nee, maar ’t is wel echt zo dat elke vrouw moet starten vanuit passende lingerie. Dat lijkt misschien gemakkelijk, maar hoe dikwijls dat ik vrouwen bij mij krijg waarvan ik denk: ‘Oh man, waar hangen die tieten.’ Begin toch al eens met een goede basis.
GUIDO: Voor de laatkomers: wat zijn de trends voor komende winter?
Lien:Enerzijds zien we een terugkeer naar de jaren ’70, denk maar aan de wijde broeken en comfortabele mantels, en dat alles in prachtige camel en beige-honingkleurige tinten. En anderzijds komen ook de fifties terug, bijvoorbeeld bij Louis Vuitton en Prada.
GUIDO: Sta je ’s morgens zelf lang voor je kleerkast?
Lien:Nee, ik leg mijn kleren ’s avonds klaar. Dat is nodig, want mijn kleerkast is behoorlijk groot. (lacht)
De top-shoplocaties van Lien Degol
BELGIË
Stills Nationalestraat, Antwerpen
Strenesse Maasmechelen Village
Bella (schoenen) Brusselsestraat, Leuven
Longchamp (handtassen) Koningsgalerij, Brussel
"Mijn favoriete shoplocatie in het buitenland is Londen. Selfridges, en zowat alles wat je in Oxford Street kan vinden. Voor de meer speciale stuks schuim ik er de vintage markten en winkels af."
(SVR)
Meer info op www.mielelifestyle.be
foto: copyright vt4