22/03/2011
Dagboek van een eerstejaars: Nachtelijke vreetbuien
De vele cafés op de oude markt stellen hun terrasjes op, de vrouwelijke studenten gaan schaars gekleed naar de les en iedereen is opgewekt. De signalen zijn duidelijk: de lente is in het land. Vooraleer de inhoud van de kleerkast een metamorfose ondergaat, moet ik me focussen op een ander probleem. Nu ik afscheid genomen heb van Hotel Mama en ingetrokken ben in Hotel Leuven, is het buffet toch wat minder gevarieerd. Daarenboven zijn er nog die nachtelijke vreetbuien die zorgen voor het exorbitante cholesterolniveau in mijn bloed. Het aanschouwen van mijn bierbuikje tijdens de les en de vermoeidheid na enkele meters gesprint te hebben, waren doorslaggevend. Ik moest en zou bij de volgende kwiksprong gespierd paraderen in het park.
Voor mij betekende een ‘sixpack’ zes blikjes bier, ‘spinnen’ het meervoud van achtpotige wezens en ‘gezond’ iets wat je deed op het strand in de zomer. Het werd me snel duidelijk dat niet enkel mijn sportjargon gebrekig was, maar ook de nodige informatie. Ik raadpleegde de vriend van elke student, de Guido Stadsgids, en zocht de ideale sport. De sponsoring van thuis uit was niet ongelimiteerd en dus waren klimmen in de Himalaya, Formule 1 en diepzeeduiken in de Dominicaanse Republiek geen optie. Na wat wikken en wegen vond ik toch twee ideale bezigheden. Om niet te verdrinken als ik ooit eens volledig nuchter in de Dijle zou vallen en om me voor te bereiden op een saai zakenleven, besloot ik elke week te gaan zwemmen en squashen. De nodige tijd werd vrijgemaakt, een sportbuddy werd gezocht en de nodige investeringen werden gedaan.
Ik voelde de zon terug wat harder stralen, kreeg dorst van al dat denken aan sport en zag de eerste terrasjes weer opengaan. Ik wisselde mijn sportschoenen voor zomerse sandalen, mijn joggingbroek voor een short en dronk een frisse Stella. Drinken is ook een sport, hoeveel mensen doen het wel niet op de Olympische Spelen!