Botswana voor backpackers: Vijf trucs voor een betaalbare safari

Botswana is een van de meest ongerepte landen van Afrika. Maar liefst een kwart van het land is beschermd natuurgebied in zijn meest pure vorm, wat er de ultieme safaribestemming van maakt.


 Helaas weten ze dat in Botswana zelf ook wel, en ze hanteren het 'high cost, low impact'-principe. Een reis naar Botswana is duur. Zéér duur. Toch kan je als slimme student dit natuurparadijs op een betaalbare manier ontdekken, als je de trucs kent. We geven er vijf op een rijtje.

Truc 1: vlieg niet naar Botswana

Naar de Botswaanse hoofdstad Gaborone vliegen is peperduur en niet eens interessant, want Gaborone ligt net over de grens met Zuid-Afrika en is nog vele lastige kilometers verwijderd van topattracties als het Chobe-wildpark en de Okavango Delta. De truc is: vlieg internationaal naar Johannesburg en neem daar een vlucht naar Livingstone in Zambia. Livingstone ligt aan de Victoria-watervallen en is bijgevolg heel toeristisch: een vlucht daarheen hoeft niet meer dan 100 euro te kosten. Uiteraard krijg je dan als bonus die ongelooflijke watervallen te zien en kan je raften op de Zambezi. De grens met Botswana - een car ferry over de Zambezi - ligt nog geen 50 kilometer verderop. Je kan in Livingstone makkelijk een taxi of een transfer daarheen regelen. Eenmaal de grens over ben je zo in Kasane, de perfecte uitvalsbasis voor safari's in Chobe, een van de mooiste wildparken die er zijn. De beste manier om de dieren te zien is een gamedrive in een jeep 's morgensvroeg, en in de late namiddag een boottocht op de rivier. Chobe heeft de grootste concentratie olifanten ter wereld, en je krijgt ook gegarandeerd tientallen nijlpaarden te zien. Leeuwen en andere roofdieren zijn ook te spotten, en de nabijheid van de rivier zorgt voor massa's kleurrijke, exotische vogels.

Truc 2: kampeer op de campsites van luxe-lodges

Overal in Botswana vind je jungle-lodges, vaak prachtige, extreem luxueuze constructies midden in (en in harmonie met) de natuur, waar je in grote koloniale stijl kunt logeren. De prijs voor een nacht in zo'n lodge kan oplopen tot waanzinnige hoogten: 1000 euro of zelfs nog meer voor een kamer, geen spek voor je bek dus. Alhoewel! De subtop van dit soort lodges heeft ook campsites, waar je wél tegen een aanvaardbare prijs je tent kunt opzetten. Er is altijd sanitair, je hebt gegarandeerd een barbecue binnen loopafstand van je tent en je kan meestal gebruik maken van de faciliteiten van de lodge, zoals het zwembad en de bar. Kamperen in Botswana is vaak spannend: het gebeurt niet zelden dat campsites 's nachts bezoek krijgen van olifanten of nijlpaarden. Je pis inhouden en in je tent blijven tot ze weg zijn is de boodschap. Minder gevaarlijk, maar heel irriterend zijn de brutale aapjes die het eten van je bord of uit je tent komen stelen om het vervolgens voor je neus op een tak te gaan zitten opsmikkelen.

Truc 3: lift en doe hit-'n-runs

Liften is in Botswana heel gewoon en vrij veilig, maar het is niet gratis. De chauffeur die je meeneemt, verwacht per lifter het equivalent van de prijs voor een busrit, maar da's gelukkig niet veel geld. Een volle auto is trouwens altijd voordeliger, ook voor de chauffeur, want zo kan het toegangsgeld dat moet worden betaald aan de ingang van de nationale parken worden gedeeld. Een tip: liften in zuidelijk Afrika doe je niet met je duim, maar door met de uitgestrekte hand op en neer te zwaaien. Verwacht niet dat je meteen zal worden meegenomen, en voorzie altijd genoeg water en proviand. Wordt het donker? Zet dan je tent op aan de rand van de weg en probeer het 's anderendaags opnieuw, want 's nachts is het in Botswana gevaarlijk rijden.

Wat we bedoelen met hit-'n-runs is het volgende. Stel dat je van Chobe naar de Okavango Delta wil liften. Het is dan makkelijker om Botswana even te verlaten in Ngoma en langs de Namibische Caprivistrook te rijden: de weg is daar beter en de benzine veel goedkoper. Je passeert dan de bruisende Namibische junglestad Katima Mulilo, waar je goedkoop proviand kan inslaan. Boven Shakawe duik je terug Botswana binnen: hit-'n-run!

Truc 4: varen is goedkoper dan vliegen

De parel van Botswana is de Okavango Delta, een uitgestrekt moerasgebied ten noorden van de Kalahari, gevoed door de Okavango-rivier. Het water is er bezaaid met miljoenen lelies, zit vol krokodillen, nijlpaarden en slangen, en vaak zie en hoor je olifanten door het riet en de papyrus klotsen van het ene eilandje naar het andere. Op die eilandjes vol palmbomen en acacia's zitten leeuwen, buffels en antilopen. Kortom, het Aards Paradijs bestaat, en het ligt in Botswana. Helaas is de Okavango Delta erg moeilijk bereikbaar, wat het een van de meest exclusieve safarigebieden ter wereld maakt. De prijzen van de lodges in de Okavango Delta zijn astronomisch en alleen betaalbaar voor steenrijke zakenlui en Hollywoodsterren. Die worden meestal vanuit het stadje Maun, ten zuiden van de Delta, met een vliegtuigje naar hun lodge gevlogen, wat natuurlijk ook handenvol geld kost. Geen Okavango Delta voor de arme Vlaamse studenten dan maar? Toch wel, er is een manier. Lift naar Sepupa, een gat aan de rivier dat maar een uurtje van Shakawe ligt (zie 'Truc 3'). Hier ligt een van de zeldzame backpackerlodges van Botswana: de Sepupa Swamp Stop. Hier kun je een relatief goedkope houseboat-safari in de Okavango Delta regelen. Niks geen dure lodges of vliegtuigjes: je vaart met een klein bootje een paar uur over de rivier de Delta in, waar een pontonboot op jou ligt te wachten. Je slaapt onder een muskietennet aan dek. Van daaruit kan je dan een mokorotocht regelen naar het hart van de Okavango Delta. Mokoro's zijn uitgeholde boomstammen, prauwen dus, voortgedreven door een poler die rechtop staat en de prauw met een lange stok voortduwt. Hoe je op die manier geruisloos door het riet glijdt tussen de lelies terwijl ietsje verderop de olifanten kniehoog in het water staan te grazen, is van een paradijselijke schoonheid. Bovendien kan je, als je aanlegt aan een van de eilandjes, een spannende voetsafari maken. En zo ben je toch in de Okavango Delta, zonder een fortuin uitgegeven te hebben.

Truc 5: betaal in pula's

Nog één truc: overal in Botswana is men zeer flexibel als het op betalen aankomt. Zuid-Afrikaanse randen? Amerikaanse dollars? Euro's? Ze worden met de glimlach aanvaard in restaurants, in bars, op straat, aan de ingang van nationale parken en in supermarkten, maar wel tegen woekerkoersen. Wissel dus zo vlug mogelijk in een bank of wisselkantoor je dollars (liefst geen euro's; de koers is nadeliger) in voor Botswaanse pula's, ofte het 'regengeld'. Het zal je aan het eind van je reis vele euro's besparing hebben opgeleverd.

Gezond blijven in Botswana

Heel Botswana is malariagebied. Gebruik dus DEET-houdende muggenmelk tussen zonsondergang en zonsopgang, gebruik waar mogelijk een muskietennet, slaap niet met open tent en slik malariapillen. Die laatste zal je huisarts je met plezier voorschrijven en neem je mee vanuit België.

Botswana heeft het hoogste percentage seropositieven van de wereld, een hallucinante 38%. Denk daar even grondig over na voor je een lokaal vakantielief opscharrelt, en vrij altijd veilig.

Botswana is wild en ongerept. Pas wanneer je wilde dieren irriteert, hun kroost of territorium bedreigt of (vooral voor nijlpaarden) hun toegang tot het water blokkeert, kunnen ze agressief worden. Hou dus een low profile en kom niet al te dicht bij een dier om het te fotograferen. Blijf in wildparken in de wagen en slaap in een gesloten tent.

(HDP)