Met de wind door je haren: op de fiets
In de stad rondtoeren met een auto is allesbehalve handig, een paard is een klein beetje uit de mode en te voet ben je soms heel lang onderweg. Wie niet afhankelijk wil zijn van het openbaar vervoer neemt dus maar beter een fiets om naar de les te gaan. Snel, compact, goedkoop, milieuvriendelijk én gezond. Recht op de trappers, hier zijn GUIDO's fietstips.
Koop een fiets die bij je past
• Framematen:
Meet de zogenaamde 'tussenbeenlengte': van de grond tot het kruis. Je vindt de fietsmaat door de tussenbeenlengte te vermenigvuldigen met 0,65 voor kleinere mensen, tot 0,75 voor zeer grote mensen. Rijden op een fiets die een veel te klein of veel te groot frame heeft, is allesbehalve comfortabel.
• Kwaliteit:
Hoewel de prijs voor de meeste studenten van doorslaggevend belang is, hou je beter ook rekening met de kwaliteit. Kijk dus met een kritisch oog naar de gebruikte materialen en naar onderdelen zoals remmen, versnellingen en lichten. Let op de afwerking. Je mag de verkoper gerust bombarderen met vragen, hij weet er alles van. Peil ook naar de service die de winkel biedt na verkoop.
• Verplichte uitrusting:
De wettelijk verplichte minimale uitrusting verschilt naargelang van het fietstype. Een mountainbike heeft allerlei leuke snufjes zoals speciale veringen en is gemaakt uit lichte materialen, maar daar betaal je dan ook voor. Zonde als hij volgende week al gestolen wordt! Met een gewone stadsfiets kom je gelukkig al een heel eind. Voor zo'n exemplaar heb je het volgende nodig:
• een bel (hoorbaar op 20 meter )
• goed functionerende remmen
• goed functionerende lichten:
• vooraan wit of geel en achteraan rood
• of (knipper)lichtjes op batterijen die niet noodzakelijk aan je fiets moeten vasthangen. Een wit licht op je borst en een rood licht op je rug mag dus ook.
• reflectoren:
• vooraan wit
• achteraan rood
• wit of geel aan weerszijden van de pedalen
• oranje tussen de spaken (symmetrisch aangebracht) en/of een witte reflecterende strook aan weerszijden van de banden
Met de fiets op de trein
Wil je je fiets meenemen in de trein? Dat kan! Er zijn twee mogelijkheden om dit te doen: met de fietskaart van € 5 kun je een enkele reis afleggen met de fiets. Met een “Vrijkaart voor 1 dag” kun je het ganse land doorkruisen met je fiets op de trein. Voor een gewone fiets betaal je dan € 8. Let er wel op dat je de dag en datum op de kaart invult vóór je op de trein stapt, anders krijg je het met de conducteur aan de stok. Deze kaarten zijn 1 jaar geldig vanaf de datum van aankoop.
Fietsverzekering
Fietsers kunnen zich extra verzekeren door middel van een fietsverzekering. Wil je een verzekering met alles erop en eraan? Dan ga je beter voor de polis. Erkende organisaties als de Fietsersbond, de Belgische Bond voor Rijwieltoerisme en de Vlaamse Wielrijdersbond bieden zo'n polis aan.
Diefstal voorkomen
Als je de volgende tips in acht neemt, ben je al een heel eind op weg.
• Sluit je fiets altijd met een slot, ook al ben je maar even weg.
• Maak je fiets altijd met het frame vast aan een stuk straatmeubilair (fietsstalling, paal…) dat dieven niet kunnen verplaatsen. Maak je enkel de wielen vast, dan kan de dief je fiets gewoon oppakken en inladen.
• Gebruik een degelijk fietsslot. Twee sloten kraken kost meer tijd, en tijd heeft een dief meestal niet.
• Stal je fiets op plaatsen waar veel mensen komen en waar een goede verlichting is. Bewaakte stallingen vormen uiteraard de beste garantie tegen diefstal.
• Laat je fiets graveren of registreren. De meeste gemeenten bieden deze service aan. Ze graveren dan je rijksregisternummer in het frame. Als de politie later je fiets terugvindt, kunnen ze je zo gemakkelijker opsporen.
• Neem een foto van je fiets. Noteer daarbij de nodige gegevens, zoals soort fiets, kleur, merk, aantal versnellingen, eventuele schade... Als je fiets dan toch wordt gestolen, heb je een perfecte beschrijving bij de hand.
• Is je fiets gestolen, ga dan meteen aangifte doen op het dichtstbijzijnde politiekantoor. Vergeet de gegevens en de foto van je fiets niet.
(SVR)