Il capitale umano: Over geld en de vraag of het gelukkig maakt.
Onze reporter Mats Van Herreweghe houdt een dagboek bij tijdens het filmfestival, waarbij elk fragment is geïnspireerd op een film die hij gezien heeft. Vandaag was dat ‘Il Capitale Umano’, een Italiaanse film geregisseerd door Carlo Virzi. De film won in Italië de David di Donatello - de Italiaanse Oscar - en versloeg daarmee verrassend ‘La Grande Belezza’ van Paolo Sorrentino.
De term waaraan de film zijn titel ontleent, ‘menselijk kapitaal’, is een begrip dat gebruikt wordt om die kwaliteiten aan te duiden waarmee een mens binnen het economische systeem kan investeren. Om de term concreter te begrijpen moet je denken aan de voorspelbare vragen die je tijdens een sollicitatiegesprek gesteld hebt gekregen en aan de antwoorden die je op voorhand al had bedacht. Of je een teamspeler bent (antwoord: ‘Ja, ik hou van samenwerken), wat je beste kwaliteit is (antwoord: ‘Mijn beste kwaliteit is tegelijk ook mijn slechtste, ik ben een heel open persoonlijkheid….’) en of je durft initiatief te nemen (antwoord: ‘ja’ en spring op de tafel met je broek op de knieën om je statement kracht bij te zetten). Een menselijk kapitaalkrachtige beschikt dus over kwaliteiten die in het bedrijfsleven gewaardeerd worden en die ervoor zorgen dat hij kan opklimmen in de bredere maatschappelijke structuur.
“Il Capitale Umano" vraagt zich met de recente economische crisis in het achterhoofd af wat werkelijk menselijk kapitaal kan zijn in een wereld die getekend wordt door het ideaalbeeld van economische groei. De beurscrisis is ontstaan door overmoed. Door roekeloos aandelenpakketten te kopen waarvan niemand meer wist wat ze waard waren. En door verzekeringsmaatschappijen die op hun beurt opnieuw die aandelenpakketten verzekerden tegen eindeloze bedragen. De eigenschappen die ervoor gezorgd hebben dat de financiële wereld in een crisis is geraakt, worden in de film rigoureus onder de loep genomen. De bubbeleconomie bewijst namelijk niet alleen dat de mens een beïnvloedbaar kuddedier is dat wilt wat anderen hebben, maar het bewijst ook het grote vermogen van deze mens om zichzelf te beliegen. De mantra van een goede economische participant: “ik ben creatief, innovatief en daadkrachtig” wordt in deze film op interpersoonlijk niveau in de weegschaal gelegd en consequent doorgedacht.
In het begin van de film zien we een man die denkt dat omhoog klimmen op de maatschappelijke ladder ook een omhoog klimmende geluksfactor zal betekenen en daarom de risicovolle eigenschappen aanwendt die door de beursideologie zo geprezen worden. Het verhaal ontspint zich scène na scène in een actueel en subtiel uittreksel van de strijd tussen de schijnbaar objectieve meetbaarheid van geld en diegenen die roepen dat het leven meer waard is dan waartegen kan verzekerd worden. Een bekend gezegde stelt dat alles van waarde weerloos is. De broosheid van het menselijk leven wordt in deze film afgewogen ten opzichte van de hardheid der financiële markten en ten opzichte van de denkbeelden die deze markten hebben opgeleverd. Het is een gevecht die geen duidelijke winnaar oplevert, want ook hier bestaan jammer genoeg geen simpele oplossingen.
In de aftiteling komen we te weten dat de term ‘menselijke kapitaal’ niet alleen belangrijk is bij het krijgen en uitvoeren van een job maar dat het ook wordt gebruikt in het verzekeringswezen om de waarde van een overledene te kunnen meten. Hiervoor worden vier verschillende factoren in acht genomen: De levensverwachting, het geld dat nog kon verdiend worden, de kwantiteit van de menselijk relaties en de kwaliteit van menselijke relaties. Hoe deze meting precies gebeurd, is voor mij een raadsel maar het lijkt wel of de makers van de film net dit hebben proberen bloot leggen. Wat is een menselijk leven waard? Een vraag die naar mijn mening beter door een film dan door een verzekeringsmaatschappij gesteld kan worden.
Il capitale Umano is te zien op 21,23 en 24 oktober op het Filmfest Gent. (MVH)