“Belfair gaat internationaal”

Claude: Zeer goed, maar dat weerhoudt niet dat het veel werk is natuurlijk. Wij beginnen deze beurs ten laatste in april voor te bereiden, hierbij gaan we met GUIDO (Ctrl-alt-start) praten en proberen we zo snel mogelijk een datum vast te leggen zodat we kunnen beslissen waar de beurs zal plaatsvinden. Voordeel van er zo vroeg aan te beginnen is dat scholen op tijd op de hoogte zijn en zo kunnen ze het dan makkelijk in hun planning kunnen opnemen.

Claude: Het is onze tiende editie en deze keer is vooral het internationale aspect duidelijk aanwezig, maar de beurs staat dit jaar dan ook in het teken van de internationale handel. In totaal zijn er 168 standen, waaronder een paar Oostenrijkers en Nederlanders, maar ook een delegatie Roemeniërs en een paar groepen uit de VS. Het is hier dan ook spotgoedkoop om deel te nemen aan een beurs. In Duitsland betaal je al snel 750 euro, terwijl het hier amper 130 euro kost. We zijn eigenlijk een beetje de Ryanair van de oefenfirma’s (lacht).

Claude: Ze leren zelfstandig ondernemen, trachten commerciële gesprekken aan te gaan en worden geconfronteerd met moeilijke klanten. We hopen eigenlijk dat ze de smaak te pakken krijgen om zelf een zaak op te starten, want dat is niet zo evident, zo blijkt. We merken ook een verschil in mentaliteit, want leerlingen van allochtone afkomst zijn geneigd om eerder een zaak op te starten dan autochtone, omdat ze over een ‘familievangnet’ beschikken als het misloopt. Anderzijds zijn de financiële risico’s in België groot en dat houdt de jongeren onder ons ook wel tegen natuurlijk. Toch zien we vandaag dat ze enthousiaster zijn dan ooit.

 

(ADG)