Image
23/11/2014

Erik Van Looy: "Als tiener won ik al vaak Oscars. In mijn hoofd tenminste."


Dit wordt het najaar van Erik Van Looy. Na ondraaglijk lang in de pipeline te hebben gezeten, draait zijn eerste Amerikaanse film The Loft eindelijk in de zalen. Eerst bij ons, en vanaf 23 januari ook in de States. Ondertussen presenteert Erik zoals elk najaar op zijn eigen onnavolgbare wijze De Slimste Mens ter Wereld. Zijn volgende Vlaamse film doemt stilaan ook op aan de einder: die zal De Premier heten en wordt eind 2016 in de bioscoop verwacht.
 
 
 
Erik Van Looy knikt zonder aarzelen als we hem vragen of de release van zijn eerste Amerikaanse film een jeugddroom is die uitkomt. "Toen ik twaalf was, in 1974, zag ik Jaws," vertelt hij. "Toen wist ik: ik wil later ook spannende films maken. Als jongen deed ik maar twee dingen graag: voetballen en naar de film gaan. Pas op, dat was een heel andere tijd. Jongeren van vandaag beseffen niet in wat voor gelukkige tijd ze opgroeien, want tegenwoordig zijn bijna alle films kinderen toegelaten. Indertijd ging dat veel strenger. Films als de huidige Spider-Mans of Batmans zouden toen nooit door de filmkeuring zijn geraakt. Die waren gegarandeerd allemaal kinderen niet toegelaten."
 
GUIDO: Jaws ook?
Erik: Daar mocht ik gelukkig wel binnen als twaalfjarige snotaap. Maar voor de rest: al waar je als kind naartoe kon in de cinema, was Disney en films met Heintje, een Duitse charmezanger. Ik ging dan op zoek naar buurtbioscopen waar ik wel binnen mocht. Echt een zoektocht om de films te zien te krijgen die ik wou zien. Verder hield ik me bezig met het bedenken van imaginaire films. Sommige leeftijdgenootjes hadden imaginaire vriendjes, ik maakte imaginaire films. Daarbij had ik zelfs een Amerikaans pseudoniem: William Nilhisdale. (lacht) Een goed pseudoniem, achteraf gezien, want er is bij mijn weten nooit een mens opgedoken die zo heette. Terwijl ik naar school wandelde, speelde ik in mijn hoofd dat William Nilhisdale weer een nieuwe film had gemaakt, waarover hij werd geïnterviewd. Het klinkt belachelijk, maar zo ging het. Ik speelde tegelijk regisseur en journalist, dus dat zat ook al een beetje in mij. What about your new movie 'Vacation', mr. Nilhisdale? What about your new movie 'Killing them Softly'? IJdel gedrag, ik weet het, maar ik wou films maken, wat toen natuurlijk niet kon, dus ik maakte ze dan maar in mijn hoofd. Vaak won ik ook Oscars, waarbij ik uit de vijf genomineerden als beste regisseur naar het podium werd geroepen. Heel gênant allemaal.
GUIDO: Speelde je die Oscaruitreiking na met je vriendjes?
Erik: Neenee, helemaal alleen. Nu durf ik dat natuurlijk allemaal wel vertellen, maar toen speelde zich dat louter in mijn hoofd af.
GUIDO: Waar je als scholier wel mee naar buiten trad, was je eigen filmblad.
Erik: Dat klopt. Het heette Film Info - ik geef toe dat over de titel niet zo heel lang is nagedacht. (lacht) Ik ging alle nieuwe films bekijken en schreef zelf de besprekingen. Nu ja, zelf, ik kon niet typen, dus mijn handgeschreven teksten werden overgetypt door een belangeloze medewerker. Het kopiecenter deed de rest. Dat blad circuleerde louter op mijn school, van het vierde tot het zesde middelbaar. Ik was hoofdredacteur, enige schrijvende redacteur en feestbestuurder. Dat laatste was nodig om elk jaar de gemaakte financiële put te dempen middels het organiseren van een fuif. Op zijn hoogtepunt had het blad een oplage van 365 exemplaren. Op één school. Ik weet niet of een persmagnaat als Christian Van Thillo ervan wakker zou liggen, maar dat was alle verhoudingen in acht genomen een enorm succes. Het blad is echter prompt ter ziele gegaan toen ik de school verliet, omdat niemand zo zot was er zijn vrije tijd aan op te offeren.
 
"Ik wil niet nadenken over geld."
 
GUIDO: Later ben je professioneel filmcriticus geworden.
Erik: Ik heb voor veel bladen geschreven. Toen ik op de filmschool zat, schreef ik al filmbesprekingen voor Libelle. Soms deed ik ook filminterviews voor De Morgen. En noem ze verder maar op: Panorama, Knack, Story, en verdwenen filmtijdschriften als Cinema Magazine en Filmgids.
GUIDO: Maar toen ging je zelf films maken. Kan iemand tegelijk filmcriticus en filmmaker zijn?
Erik: Eigenlijk niet, maar ik deed het wel. Ik ben blijven schrijven over film tot en met Shades, mijn tweede langspeelfilm. Toen besefte ik dat ik er beter mee kon stoppen. Filmcriticus is een beroep waarmee je moet uitkijken. Je ziet zoveel films, waaronder veel rommel, dat je op den duur de neiging krijgt te verzuren. Ik wil gráág naar de cinema gaan. Als je het beroep van filmcriticus te lang uitoefent, begin je te merken dat je soms tegen je zin in de zaal zit. Dat is de hoofdreden dat ik ermee ben gestopt. Ik was bang dat ik naar de film gaan niet meer plezant zou vinden.
GUIDO: Was filmcriticus je eerste betaalde job?
Erik: Ik heb ook nog aan de kassa van een bioscoop gewerkt, de toenmalige Calypso in de Quellinstraat in Antwerpen. Vandaag is dat de ING-bank geworden. (lacht)
GUIDO: Ook weer geen toeval dat je aan de kassa van een bioscoop zat, en niet van een supermarkt.
Erik: Dat is zeker. Het was een piepklein hokje waar ik juist in paste. En daar zat ik dan, de hele dag lang. Op een of andere manier vond ik het wel plezant, maar ik had niet zoveel klanten. Het was in de zomer en er speelden niet zoveel sterke films. Ik zat vaak eenzaam in dat hokje, en van die tijd heb ik gebruikgemaakt om een scenario te schrijven. Mijn eerste langspeelfilmscenario is letterlijk geschreven achter de kassa van de Calypso. Het heette Pan Am Flight 637. Er was toen een scenariowedstrijd van het Ministerie van Cultuur en ik won toch wel de eerste prijs zeker? Ik kreeg het toenmalige gigantische bedrag van 150.000 Belgische frank.
GUIDO: Wow! Daar kon je in die tijd bijna een film voor draaien.
Erik: Ja, dat was immens veel geld. Uiteindelijk is dat scenario nooit verfilmd, maar het heeft me wel in contact gebracht met een aantal mensen in het filmmilieu. Indirect was het winnen van die scenarioprijs mijn springplank naar een filmcarrière.
GUIDO: Heb je dat bedrag geïnvesteerd in je eerste film?
Erik: Ik steek nooit geld in mijn eigen films. Dat is een medaille met twee kanten. Je moet weten: ik ben helemaal geen ondernemer. Ik wil niet nadenken over geld. Uiteraard wil ik deftig betaald worden voor wat ik doe, en misschien zal ik wel een klein percentage op de winst bedingen, maar als ik mee zou investeren, zou me dat als filmmaker beknotten. Ik ben nogal gierig en zuinig van nature, dus ik weet zeker dat als ik zelf de producent zou zijn, ik te snel tevreden zou zijn. "Laat die helikoptershot maar zitten, die is te duur." Dat mag niet. Maar ondertussen is het wel zo dat twee van mijn films - en hopelijk binnenkort drie - heel veel geld hebben opgebracht. Als ik daar mijn eigen geld in had gestoken, was ik nu rijk. Maar dan waren het misschien minder goede films geweest. Ik doe het trouwens nog niet altijd niet. Ik ben een filmmaker, de financiering laat ik aan iemand anders over.
 
"'t Is maar om te lachen, ik kan helemaal niet presenteren!"
 
GUIDO: Je eerste stappen bij de televisie waren achter de schermen van... een filmprogramma.
Erik: Vandaag zijn er vrij veel filmmakers in België. Vroeger niet, en al zeker niet in het genre waarin ik wou werken. Ik had me er dus al min of meer bij neergelegd dat het me nooit zou lukken om regisseur te worden. Maar ik had een alternatief: ik wou eigenlijk ook wel Jo Röpke worden. (lacht) Jo Röpke was de erudiete presentator van het inmiddels wellicht vergeten filmprogramma Première, waar indertijd evenveel mensen naar keken als nu naar programma's als Wauters vs. Waes. Vandaag zie je overal op internet trailers en fragmenten van nieuwe films, maar toen had je daar buiten de bioscoop maar op één manier toegang toe, door op donderdagavond naar Première te kijken. Voor dat programma heb ik gewerkt nadat ik afstudeerde, want ik had Jo Röpke op de filmschool leren kennen. Hij gaf ook les. Ik werd tekstschrijver en regisseur van het programma, en dat heb ik een jaar of tien gedaan. Ik zag toen zeshonderd films per jaar, en ik werd er nog voor betaald ook.
GUIDO: Kon je je toen voorstellen dat je ooit zelf een populaire tv-presentator zou worden?
Erik: Nee, hoewel ik op de filmschool wel eens opdraafde als presentator als we tv-oefeningen moesten doen. Ik ben nogal verlegen van aard. Toen Bruno Wyndaele na het eerste seizoen van De Slimste Mens wegging bij Woestijnvis, deed ik voor De Laatste Show die gekke filminterviews. Daardoor had ik enige populariteit. Ik trok mijn stoute schoenen aan en vroeg aan Wouter Vandenhaute of hij nog niet aan mij had gedacht als presentator van De Slimste Mens. Hij keek me raar aan, en ik zei direct: "Neenee, 't is maar om te lachen." Maar twee dagen later belde Wouter me op. Hij had gesproken met Aimé Van Hecke, de man die het toen bij de VRT voor het zeggen had, en die vond het een goed idee. Toen sloeg ik een beetje in paniek. "Nee Wouter, het was een grapje, ik kan dat niet, ik weet niet waarom ik daarmee ben afgekomen." We hebben toen een testopname gedaan met de afspraak: als het niet deugt, dan doe ik het niet. Maar het viel mee. Mijn aparte stijl bleek te passen bij het programma. Dus ja, ik ben er zo'n beetje ingerold.
GUIDO: Was je niet bang dat je door dat tv-werk geen tijd meer zou hebben om films te maken?
Erik: Ik ben begonnen met presenteren in 2004. In 2003 is De Zaak Alzheimer uitgekomen, en die film was een immens succes. Hij werd veel beter onthaald dan mijn twee vorige films. Ik wist waaraan dat lag, namelijk doordat we er zolang aan hadden gewerkt. Acht jaar om precies te zijn, en daardoor is het een veel betere film geworden. Vanaf toen wist ik: als ik echt goeie films wil maken, dan moet ik er mijn tijd voor nemen. Laat mij ondertussen maar presenteren. Dat is drie maanden per jaar zeer hard werken, maar de rest van het jaar kan ik rustig op mijn films broeden. Zonder De Slimste Mens zou ik misschien al meer films hebben gemaakt, maar ik denk niet dat het even goede films zouden zijn geweest.
 
"In Amerika was ik een nobody."
 
GUIDO: Als je van jezelf weet dat je een trage filmmaker bent, waarom heb je dan vijf jaar van je carrière geïnvesteerd in een remake van Loft? Zo duurt het op den duur tien jaar voor we nog eens een echt nieuwe film van jou te zien krijgen.
Erik: Ik vind het scenario van Bart De Pauw zo goed dat het verdient om de wereld te veroveren. Dat klinkt misschien hoogdravend, maar het is zo. En de wereld veroveren, dat lukt nu eenmaal niet met een Vlaamse film. Om een breed internationaal publiek te bereiken, was die remake nodig. Ik kwam in Amerika toe en ik was een nobody, maar wel een nobody die de film al een keertje eerder had gemaakt. Ik kwam heel beslagen op het ijs. De Amerikaanse acteurs kwamen soms met een idee op de proppen waarvan ik wist dat het niet zou werken, omdat we het bij het maken van de Vlaamse versie al eens hadden geprobeerd. Zo hadden ze direct door dat ik heel goed wist waarmee ik bezig was. Dat was wel prettig.
GUIDO: Je volgende film zal De Premier heten. Een politieke thriller?
Erik: Eerder iets als The Bourne Identity. Het gaat wel over de eerste minister, maar op het einde van de film zal je niet eens weten van welke partij hij is. We gebruiken de politiek als een arena, maar voor de rest wordt het een 24-achtige actiethriller, met een bochtig en verrassend scenario. Iets wat in Vlaanderen nog niet is gedaan.
GUIDO: En moeten we daar nu echt nog vijf jaar op wachten?
Erik: Nee, want als alles goed gaat, beginnen we begin 2016 te draaien. Dat is de eerste periode waarin zowel ik als hoofdacteur Koen De Bouw vrij zijn. Ondertussen ben ik er al vier jaar mee bezig, dus uiteindelijk zal ik toch weer een jaar of zes aan die film gewerkt hebben.
GUIDO: We hebben zowat heel je carrière overlopen. Waar ben je het meest trots op?
Erik: Op The Loft. Maar stel me dezelfde vraag tegen Nieuwjaar nog eens, en dan antwoord ik wellicht: de nieuwe reeks van De Slimste Mens ter Wereld.
GUIDO: Wat zou de twaalfjarige William Nilhisdale denken als hij je vandaag bezig zou zien?
Erik: Ik denk dat die jongen zich zou afvragen: wie is die Erik Van Looy eigenlijk? (lacht)
 
(HDP)
 
 
  • Slider
  • Slider

SOCIAL





 

Job in the picture

  • Slider
  • Slider
  • Slider

AI geeft bijles

Binnenkort zal artificiële intelligentie ook bijles kunnen geven aan leerlingen. Het Kortrijkse bedrijf [...]

19/04/2024

Gentse studenten strijden opnieuw om titel tijdens 12urenloop

Op woensdag 24 april komen de Gentse studentenverenigingen en -clubs weer samen voor de jaarlijkse 12urenloop [...]

18/04/2024

Thomas More in Geel legt nieuwe zonnepanelen aan

De Thomas More hogeschool in Geel gaat bijna 1.500 nieuwe zonnepanelen plaatsen. De 25 oude panelen krijgen [...]

17/04/2024

GUIDO NV is het nummer 1 Belgische niche-mediabedrijf naar de doelgroep jongeren (studenten in het bijzonder), scholieren en Young Starters

Bruiloftstraat 127, 9050 Gentbrugge
Tel.: +32 (0) 9 210 74 84