Nieuwe Mini
BMW, de eigenaar van het merk Mini, heeft zijn succesvolle stadsautootje op pensioen gestuurd en een nieuw model ontworpen. Op het eerste gezicht zou je dat nochtans niet zeggen, want de nieuweling lijkt sprekend op zijn voorganger.
Toch werd hij zes centimeter langer, omdat de neus “dikker” moest worden om voetgangers minder letsel toe te brengen bij een eventuele aanrijding. Het interieur is dus niet ruimer geworden. Onder de motorkap liggen volledig nieuwe motoren. In de
Cooper zit voortaan een nieuwe 1.6 die 120 pk levert, terwijl topmodel
Cooper S wordt aangedreven door een 1.6 met een turbo, waardoor hij 175 pk haalt. Geloof ons, voor zo’n compact doosje is dat meer dan voldoende. Later volgt nog een Mini
One met een 1.4-benzine, en een dieselversie, waarover BMW verder nog niets kwijt wil. Helaas is de Mini even duur gebleven, al is de prijs niet verschrikkelijk veel gestegen in vergelijking met zijn voorganger. Exacte bedragen hebben we nog niet, maar reken op een dikke 500 euro extra.
Opel Corsa
Nu de compacte Renault Clio, de Fiat Punto en Toyota Yaris alledrie een opvolger hebben gekregen, is het hoog tijd voor de Opel Corsa om ook de fakkel door te geven aan een erfgenaam. En voilà, de nieuwe Corsa is geboren. Zijn uiterlijk doet sterk denken aan dat van zijn grote broer, de Opel Astra. Dat betekent dat de vijfdeursversie er modern uitziet, terwijl de driedeursversie een ronduit sportieve look heeft. Opel heeft enkele leuke gadgets ontwikkeld voor de nieuwe Corsa, zoals een ingebouwd fietsenrek dat onder de achterbumper verdwijnt wanneer je het niet nodig hebt, of koplampen die weten wanneer de auto een bocht maakt en dan mee om de hoek schijnen. Bij zijn lancering in oktober zijn drie benzinemotoren en drie diesels verkrijgbaar. De benzines gaan van 1000 tot 1400 cc en leveren 60 tot 90 pk, terwijl de diesels 1.3 tot 1.7 liter groot zijn en 75 tot 125 pk leveren. Later zou een spectaculair snelle versie met 180 pk volgen. Helaas kan Opel nog geen prijzen geven.
Droomkar: de nieuwe Audi TT
Net als de Mini is de Audi TT zo’n icoon waar iedereen wel een zwak voor heeft. Dus heeft ook Audi bij het ontwerpen van de nieuwe TT het niet gedurfd om zijn uiterlijk radicaal te veranderen, waardoor hij nog steeds duidelijk herkenbaar is. Toch ziet de nieuweling er wat mannelijker en agressiever uit. Dat wordt ook bevestigd door zijn nieuwe motoren: een tweeliter-turbo met 200 pk (die ook te vinden is in de Volkswagen Golf GTI) en een 3.2-V6 met 250 pk die een hemelse klank voortbrengt. Helaas werd de TT een pak duurder: de 2.0 TFSI moet minstens 33.270 euro kosten, de V6 zelfs 40.500 euro. Voor wie toch iets wil besparen, is enig geduld nodig: later volgt nog een dieselversie met 170 pk.
(BT)