Reisverhalen: Blaas op die fluit | Lekker ding
Yorick Amerlynck (24) heeft zijn diploma fotografie op zak en volgt nu een commerciële opleiding bij de VDAB. Vorig jaar trok hij acht maanden door Zuidoost-Azië. Ook hij was België beu en wilde weg. Tijdens het WK voetbal hield Yorick halt in Indonesië. "Ik heb daar alle Belgische voetbalmatchen live kunnen zien en ik heb me zoals ongeveer iedereen in België ongelooflijk geërgerd aan onze nationale ploeg. Prutsers!
Blaas op die fluit
De wedstrijd België - Rusland bekeek Yorick in een plaatselijke bar. "Er was toen ongeveer tien man in het café. De eigenaar sprak wat Engels en hij gaf de Belgen ook niet veel kansen meer." In een wereldbeker is alles mogelijk volgens Yorick. "Ik geloofde er toch nog een beetje in. Ik geloofde er zelfs zoveel in dat ik de eigenaar beloofde iedereen in het café te trakteren bij een Belgische overwinning. Na minder dan vijf minuten was het volk in de bar al verdubbeld. Bij het doelpunt van Walem was het gejoel en gejuich overweldigend. Tijdens de rust gingen de mannen hun ooms, grootvaders, broers, buurmannen, kappers en neven halen. Een uur nadat ik mijn belofte had gemaakt, zat het café helemaal vol met joelende Indonesiërs die wild tekeer gingen telkens de Belgen balbezit hadden. Teleurstelling alom bij het gelijkmakende doelpunt van de Russen. Tot Wesley Sonck scoorde: twee kinderen liepen toen minutenlang rond met mijn Belgische vlag. Enkele mannen kusten zelfs de vlag. En dan de goal van Wilmots nog. Mijn nekhaar ging ervan rechtstaan. Maar de Russen scoorden ook weer. De spanning was te snijden. In de toegevoegde tijd werd iedereen ongeveer wild. 'Tiupkan wisel!' 'Tiupkan wisel!', hoorde ik de mannen schreeuwen. Ik had geen woordenboek nodig om te weten dat het 'blaas verdomme onmiddellijk op dat stomme fluitje, gij lelijke klootzak' betekende. Hij had ons gehoord. De Belgen gingen door naar de volgende ronde."
Lekker ding
"Feest en lachende gezichten alom. De Belgische vlag mocht weer alle hoeken en kanten van het café zien. Zelfs op straat liepen ze ermee rond." De traktatie had Yorick uiteindelijk 100.000 roepia gekost. Maar dat maakte hem niet uit. "Het was mijn beste voetbalmatch ooit en honger heb ik er niet door geleden, 100.000 roepia is ongeveer het equivalent van een klein zakje wiet, in Indonesië kan je er meer dan één dag mee overleven. Je slaapt dan in een proper guesthouse (met eigen badkamer), je kan je het betere eten veroorloven, een nieuw paar schoenen kopen en je kan pinten drinken totdat de lelijkste vrouw er als een lekker ding uitziet." Voor alles is blijkbaar een oplossing. Maar voor schoonheid moet je toch in Cambodja zijn, lacht Yorick. "Toen ik daar op pad was, raakte ik op een dag aan de praat met een paar dorpelingen. Ze konden het maar niet geloven dat ik op mijn drieëntwintigste nog altijd niet getrouwd was. Het plaatselijke opperhoofd stelde toen voor om met zijn dochter te trouwen. Een mooi meisje. Het kon allemaal in minder dan een week geregeld worden." Trouwen met de oudste dochter betekende wel dat Yorick het volgende opperhoofd zou worden. "Toegegeven, ik heb er enkele seconden aan gedacht. Ik zag een leventje in een prachtig en goedkoop land wel zitten. Een beeldschone vrouw die Engels noch Nederlands spreekt (onmogelijk om ruzie te maken dus), altijd goed weer... En het beste van al: Voor de rest van mijn leven niks doen want 'ik' ben het opperhoofd."