Nieuwe thriller: 'De Zevende Weduwe'
Na de dood van zijn adellijke ouders vertrekt jonker Philippe de Ruysebeecke in een knalgele zeecontainer naar de Stille Zuidzee, om er een nieuw leven te beginnen. In de verlaten burcht van Ruysebeecke ontdekt inspecteur Emiel Cottyn zes ritueel versierde schedels. Met gevaar voor eigen leven legt hij de verontrustende gebeurtenissen bloot die zich de voorbije decennia hebben afgespeeld op het kasteeldomein.
De Zevende Weduwe is de achtste thriller van Herbert De Paepe, volgens In Tenebris (tijdschrift voor fantastiek en mysterie) "De meest getalenteerde Vlaamse thrillerauteur van de huidige generatie". GUIDO laat Herbert zelf aan het woord over zijn nieuw boek.
GUIDO: Waar gaat De Zevende Weduwe over?
Herbert: Het boek gaat over Philippe de Ruysebeecke, een eenzame zonderling van een jaar of dertig die na de dood van zijn ouders alleen woont op een vervallen kasteel. Wanneer het dak instort, laat hij een knalgele zeecontainer naar het kasteeldomein slepen. Hij laadt die vol en vertrekt naar Vanuatu, aan de andere kant van de wereld, om daar een nieuw leven te beginnen. Na zijn vertrek gaat zijn oom rondneuzen in het kasteel. Hij ontdekt er zes schedels in een kast en belt de politie. Zo komt de intrige op gang.
GUIDO: Het kasteel ligt in Ruysebeecke. Is dat een bestaande gemeente?
Herbert: Ruysebeecke is een fictieve gemeente en een fictief kasteel, maar ik heb wel voor ogen waar het precies ligt: tussen Poeke, Lotenhulle en Ruiselede, in de buurt van Aalter op de grens van Oost- en West-Vlaanderen. In mijn verbeelding grenst het kasteeldomein van Ruysebeecke aan dat van Poeke, dat uiteraard wel bestaat. Poeke heeft een schilderachtig kasteel dat geregeld dienstdoet als decor voor films en tv-series. De locatie heeft ook mij geïnspireerd.
GUIDO: Het hoofdpersonage verhuist naar Vanuatu. Hoe ben je daar terechtgekomen?
Herbert: Een jaar of twintig geleden stond er geregeld een auto met een nummerplaat van Vanuatu geparkeerd in mijn straat in Gent. Dat vond ik bijzonder intrigerend, want Vanuatu is een afgelegen eilandarchipel aan de andere kant van de wereld, in Melanesië. De man die met die wagen reed had een mooie zwarte vrouw, dus ik veronderstel dat zij afkomstig was van Vanuatu en dat ze die nummerplaat hebben behouden omdat ze hier dan geen verkeersbelasting moesten betalen. In diezelfde periode opende in Parijs het Musée du Quai Branly, over niet-Westerse culturen. Toen ik dat museum bezocht, was ik geweldig onder de indruk van de metershoge houten spleettrommels met bezwerende voorouderkoppen die er stonden. Die kwamen uit Vanuatu. Later heb ik een documentaire van David Attenborough gezien over bizarre animistische rituelen op die eilanden, en op Netflix staat een fascinerende documentaire van Werner Herzog over vulkanen, waarvoor hij ook naar ginds is getrokken. Kortom, Vanuatu is me altijd blijven intrigeren.
GUIDO: Ben je erheen gereisd om research te doen voor De Zevende Weduwe?
Herbert: Naar Poeke, Lotenhulle en Ruiselede wel, heel dikwijls zelfs, maar niet naar Vanuatu. (lacht) Ik heb wel vaker exotische locaties gebruikt in mijn thrillers. Er wordt weleens verondersteld dat ik daar dan ook allemaal zelf ben geweest, maar dat is lang niet altijd het geval. Ik ben tijdens het schrijven van De Zevende Weduwe wel op zoek gegaan naar voorwerpen uit Vanuatu in museums in Chicago en Leiden, en dat viel niet tegen. Verder heb ik oude boeken doorploegd over de New Hebrides - zoals Vanuatu voor de onafhankelijkheid heette -, geschreven door ontdekkingsreizigers en missionarissen, om te weten hoe het er vroeger op die mysterieuze eilanden aan toe ging. Die lectuur heb ik aangevuld met een aantal recente antropologische papers, om geen al te koloniaal gekleurd beeld te krijgen. Ten slotte volgde ik een snelcursus Bislama, de pidgintaal die op de eilanden wordt gesproken en lijkt op een soort simplistisch Engels. Met die bagage ben ik aan het schrijven gegaan.
GUIDO: Philippe de Ruysebeecke lijdt aan een autismespectrumstoornis.
Herbert: Dat klopt. Het spectrum wordt maar een paar keer aangehaald in het boek, maar je merkt het voortdurend aan zijn gedrag. Hij leeft in zijn eigen wereld. Dat mag je letterlijk nemen, want hij heeft zijn kasteeldomein uitgeroepen tot een micronatie, met zichzelf als staatshoofd. Wanneer hij hoort dat na een onderzeese vulkaanuitbarsting in Vanuatu een nieuw eiland is ontstaan, roept hij dat meteen uit tot zijn eigen overzees gebied. Hij verliest zich voortdurend in feitjes, weetjes en details, wat ik heb geëvoceerd door 21 afleveringen van zijn persoonlijke podcast op te nemen in het boek.
GUIDO: Parallel met de exotische avonturen in Vanuatu, ontspint zich aan het thuisfront een spannende politiethriller.
Herbert: Inderdaad, want in het verlaten kasteel van Ruysebeecke blijkt van alles gebeurd te zijn dat het daglicht niet mocht zien. Inspecteur Emiel Cottyn, die trouwe lezers misschien nog kennen als de wijkagent van Dikkele uit mijn vorige boek Dodemansvingers, is ondertussen overgeplaatst naar Aalter en gepromoveerd tot inspecteur. Hij bijt zich vast in de zaak, leert bizarre dorpelingen kennen in een volkscafé aan de kerk van Lotenhulle, doet de ene vreemde ontdekking na de andere en komt in levensgevaarlijke situaties terecht.
GUIDO: Het boek heet De Zevende Weduwe. Wat is er met de zes andere weduwen gebeurd?
Herbert: (glimlacht mysterieus) Dat kan je zelfs in je ergste nachtmerries niet vermoeden...
https://nl.wikipedia.org/wiki/Herbert_De_Paepe