Chemie lacht niet alleen chemici toe
De chemische sector stelt in België zowat 95.000 mensen tewerk, in iets meer dan 800 bedrijven. De indirecte tewerkstelling (bij toeleveranciers) is minstens zo hoog. Daarmee is de chemie een van de grootste sectoren van België, en België (lees: Antwerpen) een van de belangrijkste chemische centra ter wereld.
Vlaanderen is goed voor 65.000 werknemers, in 500 chemische bedrijven. Wallonië is goed voor 23.000 arbeidsplaatsen, in 200 bedrijven. Het restant is in Brussel actief.
De chemie heeft de reputatie van een werkgever die goed tot uitstekend betaalt. De personeelskosten zijn dan ook maar een zeer beperkt deel van de totale kosten. Volgens de sectorfederatie Fedichem verschuift de laatste jaren de wijze van verlonen, de focus komt meer te liggen op prestaties en minder op anciënniteit. Jaarlijks werft de sector in België zo’n 3000 nieuwe mensen aan, voornamelijk voor de vervanging van mensen die met pensioen gaan. Van de nieuwe heeft de helft een hogere opleiding achter de rug. Slechts 15% van de vacatures is voor mensen met een chemische opleiding. Toch dreigt nu al een tekort aan mensen met een bachelor- of masterdiploma chemie of toegepaste wetenschappen. De overige 85% vacatures is voor mensen met een diploma mechanica of werktuigkundige, of voor mensen met een economisch diploma of een diploma secretariaat en boekhouding. De sector zou graag wat meer vrouwen aanwerven, maar blijkbaar blijven die weinig interesse hebben voor ingenieursberoepen. Verder gelden de gekende selectiecriteria: zin voor initiatief, klantgerichtheid, goede talenkennis. Gezien het veelal om multinationale bedrijven gaat, is een internationale ingesteldheid dikwijls een troef, of zelfs een vereiste. Gezien de snelle technologische evolutie is een bereidheid tot constante bijscholing een noodzaak.
Guido legde zijn twee oren te luister bij drie bedrijven met een sterk verschillende activiteit : de Duitse chemiereus BASF, het geneesmiddelenbedrijf Merck Sharp & Dome en L’Oréal, producent van cosmetica en verzorgingsproducten.
Bij Merck Sharp & Dome start iedereen als medisch afgevaardigde
Merck Sharp & Dome heeft naast een Europees coördinatiecentrum een Belgische afdeling van zo’n 550 mensen. Jaarlijks zijn er een vijftigtal aanwervingen. Productie is er niet in België. Het gaat nagenoeg enkel om sales en marketing, om de promotie van geneesmiddelen naar huisartsen en specialisten. Per groep van producten/geneesmiddelen is er een business unit met sales- en marketingmensen. De marketing houdt zich bezig met de prelancering en de lancering van de producten, met de marktanalyses, met de reacties van de markt. De sales bestaat uit de ‘medisch afgevaardigden’, mensen die huisartsen of specialisten bezoeken om hen te informeren over en te sensibiliseren voor een bepaald middel. Bijna iedereen start zijn/haar loopbaan bij MSD als medisch afgevaardigde voor huisartsen, aldus Catherine Watlet, verantwoordelijke voor de werving en de interne ontwikkeling. Bij de aanwerving is het bedrijf niet alleen op zoek naar artsen en apothekers. Ook licentiaten lichamelijke opvoeding, kine en biomedische wetenschappen zijn welkom, net als gegradueerden in die richtingen. Een wetenschappelijke opleiding helpt, maar is niet noodzakelijk, zolang je maar bereid bent tot bijscholing. Na twee-drie jaar ‘de baan’ als medisch afgevaardigde kan je –afhankelijk van prestaties en talenten- doorgroeien, richting product manager voor wie de marketing kiest of naar district manager voor wie sales kiest. Wie wetenschappelijke interesses heeft, kan medisch afgevaardigde voor specialisten worden. Een kleine groep kan naar het medisch departement, voor het coördineren en opvolgen van klinische studies. Dat is het uittesten van nieuwe geneesmiddelen op mensen. Het ontwikkelen van nieuwe geneesmiddelen gebeurt hoofdzakelijk in de VS, maar de tests worden wereldwijd georganiseerd. Een andere mogelijke loopbaan is die van medical manager. Het gaat om dokters of apothekers die verantwoordelijkheid dragen voor een paar producten, en die wetenschappelijk moeten opvolgen: zijn er ongekende bijwerkingen, welke specialisten kunnen optreden als partner voor die middelen… Bijna iedereen die start bij MSD, start als medisch afgevaardigde. Voor de ‘hogere profielen’ (meer dan een universitair diploma) zijn er wel fast track loopbanen. Een pas afgestudeerde krijgt een brutoloon van 1700 à 1900 euro. Daarbovenop komen een auto plus tankkaart, een gsm plus abonnement, een nettomaandvergoeding voor alle kosten, een groepsverzekering en bonussen. In theorie geldt de veertigurenweek, de praktijk is vooral afhankelijk van de gewoonten van de te bezoeken artsen. Meestal begint een medisch afgevaardigde vroeg. Hij/zij werkt van halfacht tot een uur of elf ‘s ochtends, en dan nog in de (vroege) namiddag. Op welke criteria selecteert het bedrijf? Pas afgestudeerden moeten bereid zijn om steeds bij te leren, te evolueren. Ze moeten dynamisch en enthousiast zijn. Ze moeten een goed voorkomen hebben en hun werk zelfstandig kunnen organiseren. Qua talenkennis volstaat in een eerste fase de moedertaal. Bij promoties wordt de kennis van de tweede landstaal en van het Engels belangrijk. Binnen MSD zijn er beperkte mogelijkheden voor een internationale loopbaan.
Bij BASF geen junior- of seniormanagers
BASF België is voornamelijk BASF Antwerpen, de op een na grootste site van deze gigant in de sector, waar duizenden verschillende stoffen worden geproduceerd. Typisch voor BASF is de ‘open structuur’, de weinig hiërarchische structuur. Geen sprake van juniors, en seniors, en managers. Mensen worden in de eerste plaats aangesproken op hun functie en hun verantwoordelijkheden. Wat men daar nodig heeft, zijn mensen met een TSO-diploma, gegradueerden en universitairen. Bij de gegradueerden gaat het om mensen met een opleiding elektromechanica. Bij de universitairen om burgerlijke ingenieurs chemie, werktuigkundige of elektrotechniek. Licentiaten in de scheikunde worden niet aangenomen, wel doctors in de scheikunde. In beperkte mate worden mensen met een economisch diploma aangeworven, voor logistieke ondersteuning. Per jaar worden een honderdtal mensen aangeworven, voornamelijk Vlamingen. Vermits vooral de kennis van het Nederlands belangrijk is, kunnen het ook Nederlanders zijn. Bij de start van een loopbaan bij BASF Antwerpen geldt een “sterk rotatiebeleid”, aldus Esther Lefrère, verantwoordelijke werving en selectie. Gedurende zo’n tien jaar wordt om de paar jaar van job gewisseld, zowel een wissel op hetzelfde niveau als eentje hogerop. Bij deze training-on-the-job hoort veel begeleiding. Daarnaast is er ook nog een stevig opleidingsprogramma, met voornamelijk interne opleidingsmodules. Wie naar het buitenland wil gaan, krijgt daartoe ruime keuze, zij het niet de eerste paar jaar. Volgens Lefrère vindt BASF makkelijk mensen. Voor technisch gegradueerden is het moeilijker. En de vergrijzing van de bevolking vergroot de problemen. Maar BASF is groot en bekend genoeg om voldoende mensen aan te trekken. Bovendien staat de chemische sector bekend voor een verloning flink boven het gemiddelde. Voor een startende gegradueerde gaat het om 2100 euro bruto, plus eventueel een ploegenpremie. Voor ingenieurs ligt de startwedde op 2800 euro, zij werken nooit in ploegen. Wel kunnen die eventueel genieten van een bonussysteem, afhankelijk van de resultaten. Voor iedereen wordt het brutoloon aangevuld met extralegale verzekeringen. In de chemie hebben werknemers ook heel wat vakantiedagen. Mensen in een ploegenstelsel 72 dagen per jaar, bedienden 49.
Bij L’Oréal is internationale mobiliteit verplicht
Bij de productievestiging van cosmeticafabrikant L’Oréal in Libramont worden voornamelijk ingenieurs (bio- en burgerlijke) aangeworven. Net zoals alle hooggeschoolden in de groep moéten ze bereid zijn om in andere landen te werken. Internationale mobiliteit is de regel in deze groep. HR-verantwoordelijke Fabienne Kleker geeft toe dat dit veel problemen schept bij de rekrutering van mensen. Wie bij L’Oréal start, krijgt eerst een paar jaar opleiding in de vestiging waar hij/zij is aangeworven, daarna volgen overplaatsingen binnen en buiten Europa. “Dit is een rem op de rekrutering. Wel zie je bij studenten die Erasmus gedaan hebben, dat ze beter voorbereid zijn, net omdat ze die buitenlandse ervaring hebben. Dat wil echter nog niet zeggen dat ze ook vrager zijn voor een job met internationale mobiliteit.” Omwille van de mobiliteit is een goede kennis van het Frans en het Engels noodzakelijk. L’Oréal stelt in België 1100 mensen tewerk, in een commerciële afdeling in het Brusselse en een productievestiging in Libramont (veruit de grootste fabriek van de groep wereldwijd, met ondermeer het Studio Line-gamma). In de eerste worden vooral mensen met een diploma handelsingenieur aangeworven, in Libramont voornamelijk ingenieurs. “Wij willen enkel mensen met een hoog potentieel. Mensen die het waard zijn internationaal te worden ingezet. Mensen die zelf willen opklimmen.” De ingenieurs in Libramont starten aan een brutomaandloon van 2500 euro, met extralegale verzekeringen, maar geen bedrijfswagen of gsm. Kleker ergert zich aan “het drama dat men de ingenieurs altijd wijsmaakt dat ze na vijf jaar hun loon verdubbeld zullen zien. Dit is misschien bij een op honderd zo.”
(DDW)