De crisis zal slimme studenten weinig schaden
De ergste crisis sinds die van de jaren dertig. Zo wordt de economische situatie tijdens het voorbije jaar omschreven. Op de arbeidsmarkt lijkt de situatie echter nog mee te vallen. Zeker voor wie een goed diploma in handen heeft, wat kort samengevat neerkomt op: een diploma gericht op een specifieke, liefst technische job.
De gewestelijke diensten verantwoordelijk voor arbeidsbemiddeling VDAB, Forem en Actiris maken alle dezelfde vaststellingen. Er zijn nog heel wat gediplomeerden die vrij makkelijk aan een job raken. Voor lagergeschoolden gaat het om een reeks technische beroepen in de bouw, mechanica, elektromechanica. Bachelors met een technische opleiding (bouw, milieu…) of een opleiding in ICT vinden ook snel werk. Voor mensen met een opleiding gericht op het onderwijs is het beeld divers. In Franstalig België liggen de kansen beter dan in Vlaanderen. De absolute toppers bij de bachelors zijn de verpleegsters. Daar blijft een enorm tekort op de arbeidsmarkt, overal in België.
Af te raden zijn bachelorstudies als grafisch ontwerp, journalistiek en psychologie. In veel van de zogenaamd creatieve richtingen is het overaanbod aan studenten zo groot dat ze onmogelijk allen een job kunnen vinden in de richting waarvoor ze studeerden. Dit geldt bijvoorbeeld ook voor de opleidingen audiovisuele technieken. De jongeren met een dergelijk diploma moeten vooral vermijden langdurig werkloos te worden. Hoe langer werkloos, hoe moeilijker het wordt alsnog een plaats te veroveren op de arbeidsmarkt.
Op masterniveau is het beeld vrij gelijkaardig. De exacte wetenschappen bieden betere kansen dan de humane. Ingenieurs, economisten, chemici en apothekers vinden na hun studie een brede weg naar de arbeidsmarkt. Kinesisten (zeker in Franstalig België) en mensen die rechten of communicatie gestudeerd hebben, zijn slechter af. Pol & soc, geschiedenis, wijsbegeerte en diverse kunstrichtingen zijn probleemgevallen.
Je kan de situatie op de arbeidsmarkt ook bekijken vanuit het standpunt van waar momenteel jobs te krijgen zijn. Een belangrijke rots in de huidige branding is de overheid. Die heeft traditioneel niet onmiddellijk last van een crisis en kan dus nog aanwerven. De diverse overheden in België doen dit ook om de economie te ondersteunen. De gezondheidszorg en het onderwijs horen in deze categorie thuis.
Economische sectoren met opportuniteiten zijn engineering en ICT, aldus online-carrièresite Monster.be. Zelfs in de banken zijn de aanwervingen opnieuw gestart, na enkele zeer moeilijke maanden rond de jaarwisseling. Horeca, transport en toerisme doen het daarentegen momenteel niet te best.
Uit onderzoek van consultant Mercer blijkt dat vooral grote bedrijven niet willen snoeien in hun personeel en bekwame mensen willen blijven aantrekken. Zij zijn zich bewust van de groeiende tekorten aan personeel en willen hun groei niet in gevaar brengen. Liefst 40 procent van de multinationals in België vreest een tekort aan talent op de arbeidsmarkt.
Opgedeeld naar regio blijkt dat er vooral in Vlaanderen wordt aangeworven dezer dagen. De VDAB bijvoorbeeld had bij het begin van de vakantie nog een kleine 39.000 vacatures openstaan. Brussel weet zich te handhaven als economische pool. Wallonië heeft in 2008 goed gepresteerd, maar heeft nu moeite om de crisis te overwinnen. De Forem kreeg in juli goed 8000 vacatures binnen.
Tot slot nog een troost voor wie denkt een verkeerd diploma te bezitten. De VDAB ziet ook voor hen kansen. "De grote vraag naar hoger opgeleiden en het te kleine aanbod biedt kansen aan schoolverlaters die gekozen hebben voor een opleiding die niet zo goed ligt op de arbeidsmarkt, maar beschikken over een aantal sociale vaardigheden en een flinke dosis motivatie. Werkgevers maakten in veel gevallen van de nood een deugd en ondervonden dat schoolverlaters met een profiel dat niet echt hun voorkeur wegdroeg, toch kunnen uitgroeien tot waardevolle medewerkers." De VDAB raadt minder goed opgeleide schoolverlaters aan te gaan voor de juiste werkattitudes en een dosis flexibiliteit.
Wij blijven het voor je volgen
De afgelopen maanden hebben zowat alle bedrijven ter wereld klappen gekregen. Die crisis zal zich de komende maanden laten voelen op de arbeidsmarkt. Toch is er ook reden tot hoop voor Belgische jongeren: er zijn nog heel wat jobkansen en door de vergrijzing zullen er de komende maanden en jaren nog meer jobkansen voor het grijpen zijn. GUIDO neemt zich voor de situatie het komende academiejaar op de voet te volgen.
Zoals alle markten is ook de arbeidsmarkt een spel van vraag en aanbod. Bedrijven en overheden bieden jobs aan, mensen vragen om een job.
Het aanbod aan jobs zal het effect van de crisis de komende maanden wel voelen. Er mag verwacht worden dat de werkgelegenheid de komende maanden nog niet zal stijgen. Bedrijven hebben een moeilijke periode achter de rug en kunnen zich nog geen extra aanwervingen veroorloven. Naarmate de economie heropleeft, zullen ook de aanwervingen hernemen.
De vraag naar jobs staat de komende maanden en zelfs jaren ook voor belangrijke veranderingen. Door de vergrijzing vertrekken veel 60-plussers met pensioen. Het aantal jongeren om hen te vervangen, is beperkt.
Het voornemen van GUIDO voor dit academiejaar is om telkens opnieuw te kijken welk concreet effect al deze tendensen hebben op de jobkansen van pas afgestudeerden. Welke organisaties zijn op zoek naar welk soort jongeren, met welk diploma?
De toekomst is vrouwelijk
Je zal het ook al hebben opgemerkt op jouw school- of universiteitsbank: meisjes studeren meestal veel beter dan jongens. Deze simpele vaststelling zal de komende jaren voor een ware omwenteling zorgen op de arbeidsmarkt. It’s no longer a man’s world.
Cijfers van de VDAB bewijzen het. Bijna 2 op 3 laaggeschoolden zijn mannen, en bij de hooggeschoolden is bijna 6 op 10 een vrouw. Dit onevenwicht is de afgelopen jaren toegenomen, doordat meisjes nu ook volop voortstuderen.
Dit zal vele gevolgen hebben. In de toekomst zullen laaggeschoolden het almaar moeilijker krijgen om aan werk te raken, terwijl hooggeschoolden steeds meer in trek zullen zijn. Logisch gezien zouden vrouwen dan ook veel meer moeten doorstromen naar de top van bedrijven, terwijl mannen meer in werkloosheid zullen verzeilen.
Er zijn echter ook andere invloeden dan de studie-ijver. Zo kiezen vrouwen dikwijls voor zogenaamd zachte beroepen, beroepen in de zorgsector, beroepen die eerder met mensen dan met techniek of geld te maken hebben. Vanuit het oogpunt van de arbeidsmarkt is dat niet goed. De tekorten bevinden zich momenteel vooral in de technische beroepen. De studiekeuze van de (meeste) meisjes zal er dus voor zorgen dat bestaande tekorten nog groter zullen worden en bestaande overschotten ook.
Ook de cultuur op de arbeidsmarkt zal moeten wijzigen. De norm zal niet langer de man zijn die honderd procent voor zijn job kan gaan. Organisaties die hooggeschoolden nodig hebben, zullen niet anders kunnen dan vrouwen aanwerven. Vrouwen die hun tijd willen verdelen over werk en gezin.
(DDW)